

![]() |
Leo Brunswijk, voorzitter van A Marron Kompas, spreekt het goed opgekomen publiek toe op het Onafhankelijkheidsplein. Hij vraagt hulp van de regering voor het binnenland. (Foto's: René Gompers) |
![]() |
Brunswijk geeft aan dat door het wateroverlast kostgronden zijn vernietigd. Ook al is het water ondertussen weggetrokken, de kostgronden zijn nog steeds niet bewerkbaar. Gevreesd wordt voor voedseltekorten. “Wi e begi a regering, pina e kon na busikondee, meki deng luku wi,” verzoekt Brunswijk. “A begrotingsbehandeling di eh kon, meki den poti wan bedrag fu sorgu a buskondee bika a buskondee no man sorgu en srefi a yari ya, a yari die e kon.”
De marrongemeenschappen willen weten waarom zei elke keer onderwater lopen. “Als er een beetje regen valt, is het binnenland onderwater,” merkt Brunswijk op. “Daarom willen we een onderzoek om na te gaan of het gevolgen zijn van klimaatverandering of van menselijk handelen. Komt het door die activiteiten in het binnenland? Want er zijn grote bedrijven en een stuwmeer. Laten ze voor ons onderzoeken waarom we zo onderlopen. We willen ook een gepaste oplossing.”

De stichting vraagt ook aandacht voor het conflict bij de leiderschap van de Saamaka. Er is een granman die door de politiek is aangesteld (Albert Aboikoni tijdens regering-Bouterse) en een die door de gemeenschap wordt gedragen. “Laat de regering alles doen om het probleem op te lossen,” roept Brunswijk op. “Want het stagneert de verdere ontwikkeling van het binnenland. We kunnen niet vrij werken. Mensen kunnen niet met elkaar opschieten om een ‘gaanman sani’ waar de politiek mee is gaan bemoeien. Daar ze bemoeid hebben, laten ze met een oplossing komen waar het binnenland mee tevreden is, een vredige oplossing.”
Brunswijk deelt mee dat aan de andere kant de Alukustam, die ook problemen had met de leiderschap, al een tijdje wacht op de regering om de granman die ze hebben gekozen, officieel te benoemen. Brunswijk hoopt dat dit zo snel mogelijk gebeurd; de stam zit al een paar jaar zonder grootopperhoofd.
De voorzitter van A Marron Kompas is onder de indruk van de opkomst. De organisatie, in samenwerking met anderen en het ministerie van Regionale Ontwikkeling en Sport, heeft hard gewerkt om de diverse Marronstammen bij elkaar te brengen. Niet-Marron groepen hebben ook meegedaan aan het herdenken dat er op 10 oktober 1760 het eerste vredestraktaat tussen de Marrons en het koloniaal bestuur is getekend.