‘Met nieuwe ogen kijken naar de gezondheidszorg in Suriname’

Shoeket logo

Bron: De Ware Tijd

23 April 2022 00:00

Voor mij lezen

BESCHOUWING - In de afgelopen maanden zijn er vanuit de zorgsector opnieuw noodkreten geluid. Landelijk zijn er structurele problemen over de beschikbaarheid van goede zorg, medicijnen en medische hulpmiddelen. In dit artikel licht Ferayed Hok enkele van deze problemen uit en plaatst ze in een groter kader. Daaruit blijkt dat de aanpak van de volksgezondheid in Suriname en de politieke keuzes die hiervoor nodig zijn een radicale omslag vereisen.

Tekst Ferayed Hok Beeld dWT Archief

HET DIAKONESSENHUIS DAT meldt dat de chirurgische zorg instort door geldtekort. De neonatale intensive care van het Academisch Ziekenhuis Paramaribo brengt wegens tekort aan medisch personeel het aantal bedden met de helft terug. En de sectie medisch specialisten van de Vereniging van Medici in Suriname botst voor de zoveelste keer met het Staatsziekenfonds (SZF) wegens achterstallige betalingen en vastgelopen gesprekken over tariefsaanpassing.

Zo kampt Suriname met nog een aantal specifieke obstakels in het streven naar kwalitatief goede en beschikbare gezondheidszorg voor alle inwoners. Doordat goede zorg niet voor eenieder beschikbaar is, wordt ook enorm ingeleverd op de kwaliteit van de beroepsbevolking, wat weer economische nadelen met zich meebrengt. Er is een langer bestaand probleem van onvoldoende gereguleerde zorgverzekeringen en finan-ciële tekorten die leiden tot uitdagende werksituaties in ziekenhuizen met onvoldoende medische hulpmiddelen om patiënten optimaal te kunnen behandelen.

Ook is de salariëring voor zorgmedewerkers, met name verpleegkundigen en gezondheidsassistenten, niet een reflectie van hun waarde voor de gezondheidszorg, maar eerder een reflectie van het geldtekort tekorten waarmee zorginstanties worden geconfronteerd. Zo ontstaat ook een tekort aan hoogopgeleid medisch personeel, omdat ziekenhuizen in Nederland en de Nederlandse Antillen betere voorwaarden kunnen bieden.

OVER HET ALGEMEEN is er in Suriname een basis van kwalitatief goede zorg, maar deze is bij lange na niet toereikend voor de behoefte in het hele land. De grote ziekenhuizen zijn geclusterd in Paramaribo, op minder dan vijf kilometer afstand van elkaar gelegen. Het zijn ook deze ziekenhuizen die specialistische zorg kunnen leveren, waardoor patiënten van over het hele land moeten reizen naar de hoofdstad om te worden geholpen. Een deel van de samenleving, met name inwoners van het binnenland en afgelegen districten, wordt stelselmatig toegang tot hoogwaardige gezondheidszorg geweigerd.

De verspreiding van een kleine bevolking over een enorme landoppervlakte vormt een flinke uitdaging. Daarbij komt de onderontwikkelde infrastructuur bijkijken die de afstand tussen districten groter maakt en onvoldoende toegankelijkheid biedt voor het binnenland. In het koloniale tijdperk waren de districten slechts van waarde voor het leveren van producten die via de haven in Paramaribo werden uitgevoerd, terwijl het binnenland vooral afgesloten werd gehouden zodat marrons en inheemsen geïsoleerd bleven van ontwikkelingen in de stad. Net zoals de gezondheidszorg is de infrastructuur in Suriname nauwelijks veranderd sinds de onafhankelijkheid, terwijl de Srefidensi juist de opdracht gaf om keuzes te maken die goed zijn voor de hele bevolking.

In de meeste dorpen langs de Boven-Suriname- en Marowijnerivier vind je geen artsen, maar gezondheidsassistenten van de Medische Zending (MZ). Deze 'barefoot doctors', zoals MZ-directeur Herman Jintie hen ook wel noemt, kunnen eenvoudige medische procedures zelfstandig uitvoeren. Zij worden om de zoveel dagen bijgestaan door basisartsen die als afsluiting van hun opleiding een jaar in het binnenland werken. Op die manier heeft de Medische Zending in de afgelopen jaren met weinig middelen een ongelooflijke prestatie weten neer te zetten door een basis van zorg te bieden aan bewoners van het binnenland.

Tegelijk is het belangrijk op te merken dat de standaard van zorg die er kan worden geboden, niet te vergelijken is met de ziekenhuizen in Paramaribo. De verantwoordelijkheid die wordt gelegd in handen van de gezondheidsassistenten om de rol te vervullen van zowel huisarts, verpleegkundige, verloskundige als Spoedeisende Hulp-arts, zou in de stad leiden tot geruchtmakende rechtszaken.

Hier zit een uitdaging in, want ooit was het de keuze van een koloniaal bestuur om Surinamers buiten de stad als minderwaardig te behandelen. Nu moet het onze keuze zijn om alle Surinamers, waar zij dan ook wonen, vergelijkbare kwaliteit van zorg te bieden zonder hen te dwingen naar de stad te verhuizen. Daar zijn meerdere oplossingsmodellen voor mogelijk, maar het belangrijkste is vooral dat de noodzaak hiervan wordt ingezien door onze politieke leiders, zodat er gericht beleid voor wordt ontwikkeld. Op strategische plekken zouden medische centra met specialistische apparatuur moeten worden opgezet en het vervoer van en naar deze centra op te nemen in de zorgverzekering.

Deze centra zouden kunnen worden bemand door speciaal hiervoor opgeleide medisch specialisten en arts-assistenten die de specifieke zorgvragen van het binnenland aan kunnen, vergelijkbaar met het specialisme 'Arts Internationale Gezondheidszorg en Tropengeneeskunde'. Artsen in deze centra zouden een loon moeten kunnen verdienen dat vergelijkbaar is met hun collega's in de stad, eventueel aangevuld met specifieke toelages.

Precies zo hoort het loon van gezondheidsassistenten en verpleegkundigen een reflectie te zijn van hun waarde voor de gezondheidszorg. Zolang dit niet het geval is, zal de slechte waardering altijd reden zijn voor zorgmedewerkers om niet in het binnenland en uiteindelijk zelfs niet in Suriname te willen werken, met als gevolg dat wij specifieke groepen in de samenleving goede gezondheidszorg onthouden.

IN HET DISTRICT Coronie is er één huisarts die de zorg van alle inwoners op zich moet nemen. Eenzelfde tekort aan huisartsen zien we in zowat alle districten. Ook als het patiënten lukt om bij de dokter langs te gaan, is er geen garantie dat zij eventueel voorgeschreven medicijnen kunnen krijgen. Net zoals de apotheek van de RGD-poli in Coronie, staan ook de medicijnenkasten van de MZ-poli's in het binnenland te vaak leeg. Ook in Paramaribo blijkt veel meer dan wenselijk dat apotheken belangrijke medicijnen niet in voorraad hebben. Daarnaast blijkt steeds vaker dat bij het samenstellen van de klapper voor essentiële medicijnen er onvoldoende rekening is gehouden met de epidemiologie in Suriname.

Hoge bloeddruk en cholesterol zijn twee van de meest voorkomende ziekten die bovendien voorlopers zijn van veel ernstigere chronische aandoeningen die het land steeds meer geld zullen kosten. Dan is het onbegrijpelijk dat medicijnen als Atorvastatine (cholesterolverlaging), Omeprazole (maagbescherming) en Plavix (antistolling) niet worden vergoed door het SZF.

Ook bij de geestelijke gezondheidszorg zien we een mismatch. In Suriname is het aantal suïcides in korte tijd verdubbeld, waardoor wij nu hard op weg zijn om het land te worden met de meeste zelfdodingen op het westelijk halfrond. Hier lijkt het ministerie van Volksgezondheid nauwelijks aandacht voor te hebben, terwijl het een rode vlag moeten zijn.

Ook wat betreft de zorgverzekering is het beleid onduidelijk. Als er onvoldoende rekening wordt gehouden met de epidemiologie, wordt er dan wel gekeken naar demografische gegevens zoals leeftijdsverdeling of geografische verspreiding van de bevolking? We kunnen alleen efficiënt omgaan met onze middelen als we begrijpen hoe de samenleving zich de komende jaren zal ontwikkelen. In het onafhankelijke Suriname is het onze eigen taak ervoor te zorgen dat wij die informatie verzamelen en bewuste keuzes maken om zo uiteindelijk alle Surinamers optimale gezondheidszorg te bieden. Toch lijkt het er soms op dat we met name de zorgsector zien als een te groot probleem om zelf verantwoordelijkheid voor te nemen.

OMDAT ER LEVENS op het spel staan, is het binnen de gezondheidszorg minder vaak de vraag waar hulp vandaan kan komen, maar vooral de vraag óf er hulp kan komen. Toch is onze afhankelijkheid van Nederlandse hulp kenmerkend voor de vertraging in onze emancipatie. Deze afhankelijkheid is zo sterk dat zelfs de regering van president Bouterse een officieel verzoek indiende bij de Nederlandse overheid voor medische hulp tijdens de Covid-19-pandemie, ondanks een berucht slechte diplomatieke relatie tussen de twee overheden destijds.

Ook buiten de crisissetting blijkt hulp vanuit Nederland nog steeds cruciaal voor de Surinaamse gezondheidszorg. Zo worden regelmatig chirurgische missies georganiseerd voor operaties die niet door Surinaamse specialisten kunnen worden uitgevoerd. Bij tekorten aan intensivecareverpleegkundigen, trekken Nederlandse collega's naar Suriname om zich vrijwillig in te zetten. In het Mungra Medisch Centrum van Nickerie werken er elke dag gepensioneerde Nederlandse specialisten op vrijwillige basis, omdat het ziekenhuis onvoldoende lokaal talent kan aantrekken. En ook niet irrelevant: alle Surinaamse artsen die in opleiding zijn tot medisch specialist, volgen een deel van hun opleiding in Nederland.

Het is belangrijk om voorop te stellen dat alle hulp die wordt geboden vanuit Nederland ook echt nodig is en altijd enorm wordt geapprecieerd door Surinaamse zorgmedewerkers en patiënten. Bovendien is een belangrijk deel van die samenwerking te herleiden naar de bestaande band tussen de Nederlandse en Surinaamse zorgsector. Het grootste deel van de medisch specialisten in Suriname is opgeleid in Nederland en heeft er nog steeds een netwerk van collega's.

Ook de gemeenschappelijke taal wijst Nederland aan als de logische partner bij het ontwikkelen van de Surinaamse gezondheidszorg. Dat Surinaamse artsen een deel van hun specialistenopleiding in Nederland kunnen volgen, is een goed voorbeeld van samenwerking die kan leiden tot verdere verzelfstandiging. Het is dan ook niet de samenwerking met Nederlandse collega's, maar onze afhankelijkheid van hen die onthult dat we in Suriname sinds 1975 onvoldoende keuzes hebben gemaakt in ons zorgbeleid om los te komen van de ontferming van het voormalige moederland.

Het is na 47 jaar hoog tijd om de opdracht van onze Srefidensi daadwerkelijk uit te voeren. Een langetermijnvisie die ertoe leidt dat alle Surinamers optimale gezondheidszorg kunnen genieten, lijkt soms onmogelijk. Door de vele bestaande problemen en constante toestroom van nieuwe, zijn we vooral bezig brandjes te blussen. Een nationaal zorgbeleid vraagt daarom niet gewoon een verbeterde voortzetting van het huidige beleid, maar een radicale ombuiging van onze gedachtegang. Om dat te kunnen, is het zaak dat we de keuzes die zijn gemaakt in het koloniale tijdperk loslaten, omdat deze niet zijn gemaakt ten bate van ons volk. Alleen dan kunnen we met nieuwe ogen kijken naar de samenleving en politieke keuzes maken die ons in staat stellen een zorgsector te ontwikkelen die dienstbaar is voor elke Surinamer. ?

Ferayed Hok is freelance journalist voor onder meer de Ware Tijd en Erasmus Magazine. Hij is masterstudent geneeskunde aan het Erasmus Medisch Centrum in Rotterdam en heeft een titel in werktuigbouwkunde.

Bekijkt origineel bericht ⇒

Meer actueel