“Door COVID heb ik al bijna twee jaar mijn kinderen, mijn vrouw, mijn moeder, mijn oma niet gezien of telefonisch contact gehad,” zei een nogal emotionele ex-governor Robert van Trikt van de Centrale Bank van Suriname (CBvS) tijdens zijn laatste woord in de rechtszaal. Zijn raadsman Irvin Kanhai heeft zijn dupliek gehouden waarna Van Trikt in een aantal pagina’s zijn laatste woord deed.
Kantonrechter Maytrie Kuldipsingh heeft het verzoek tot opschorting van de voorlopige invrijheidstelling van Van Trikt, en zijn zakenpartner Ashwin Angnoe afgewezen. Op 22 december wordt uitspraak gedaan in deze zaak. Hij stelt dat de rancuneuze uitingen en duidelijk niet onderbouwde stelling van het Openbaar Ministerie slechts uit is op zijn schuld.
Hij is teleurgesteld over de aanpak van deze zaak wanneer bewijsmateriaal en of feitelijkheden worden gepresenteerd die onschuld bewijzen in dit proces van waarheidsvinding en gewoonweg niet worden beoordeeld, onderzocht of meegenomen door de vervolging. Het is nu meer dan 21 maanden dat hij in voorarrest zit. Hij blijft erbij het merkwaardig te vinden dat dezelfde bankdirectieleden van de CBvS aangifte hebben gedaan tegen hem, terwijl zij hebben meegetekend op de contracten, overeenkomsten en betalingen.
Met betrekking tot de koop en verkoop van de panden (eerste tranche) was deze bedoeld voor eigen gebruik. Wat hem verbaast is dat de politie noch de vervolging de brieven van 7 november 2019 en 3 december 2019 aan hem hebben voorgehouden die waren opgesteld door de directeur bancaire zaken, Maikel Soeknandan, die in contact was met de regering inzake de panden. Tijdens zijn periode van uitlandigheid van 14 tot 28 september 2019 heeft de toenmalige minister Gillmore Hoefdraad druk gezet op de waarnemend president en de bankdirecteur William Orie om transacties door de bank uit te laten voeren. Bij terugkeer heeft hij na overleg met de directie een gesprek gevoerd met Hoefdraad.
Van Trikt liet de rechter duidelijk weten niets te maken te hebben met de facturering of opdrachtuitvoering en andere operationele zaken van Orion Assurance & Advisory N.V. Hij zegt eveneens geen betrokkenheid te hebben bij de opdracht van de Hakrinbank aandelenemissie, noch heeft hij of de CBvS enige betrokkenheid gehad bij de obligatielening bij Oppenheimer. "Ik heb zeker niet gemanipuleerd met statistieken binnen de bank of gegevens van de bank. Ik heb niet verduisterd, dat mag duidelijk zijn,” zegt Van Trikt.
Ook zegt hij dat hij nimmer een verschuldigd bedrag heeft ontvangen of enige gift of nadelige contracten heeft gesloten of oneigenlijk hoge bedragen heeft betaald of bedongen. Bij hem leeft het gevoel vanaf januari 2020 dat het enige wat verwacht wordt is dat hij de valse aantijgingen allemaal bekent en hij zich verontschuldigd. Hij is monddood gemaakt en Hoefdraad heeft op 21 januari 2020 gezegd dat Van Trikt oneervol is ontslagen, terwijl hij zelf zijn ontslagbrief heeft ingediend.
Daarna is hij opgesloten en na 21 maanden is dat nog steeds het geval. Aan de hand van de verhoren en feitelijkheden zijn de aanhoudingen onterecht en gebaseerd op assumpties en meningen die achteraf niet juist blijken te zijn van een advocatenkantoor, dat dit heeft gelezen dat in de Anticorruptiewet staat dat er aangetoond moet worden en er geen ruimte gelaten mag worden voor interpretatie, zegt Van Trikt.
“Ik ga door een dal van ellende, maar doe dat met een deur van hoop en Hem die mij kracht, wijsheid en genade geeft. Ik blijf vechten mevrouw de rechter, voor de rechtvaardigheid en vrijheid. De leerlessen die hieruit voortvloeien zijn veel, maar een vergeet ik nimmer. Liefdevol blijf ik waardering hebben voor mijn omgeving, familie en vrienden en vooral gezin,” aldus Van Trikt.
Vishmohanie Thomas