30 Juli 2021
18:30“Hoe gaan we verder in Suriname?”. Dat is wat volgens oud-president Desi Bouterse belangrijk is. De uitspraak in de verzetszaak van ex-legerleider Bouterse op 30 augustus vindt hij niet belangrijk, vertelt hij aan journalisten bij het verlaten van het gerechtsgebouw alwaar hij zijn laatste woord heeft gehouden.
Bouterse licht toe dat de slogan van de vorige regering duidelijk was, dat Surinamers samen moeten strijden tegen de armoede. “Armoede is onze vijand”, zei hij vandaag aan de drie rechters van de Krijgsraad. “We zien dat armoede bondgenoot is van deze regering”, vervolgde hij. Het volk lijkt nu de vijand te zijn. Volgens de voormalige president moet er gekeken worden hoe verder met het land. Veel zal volgens hem afhangen van de uitspraak eind augustus.
Bouterse zegt zeer content te zijn met hetgeen hij heeft voorgehouden aan de Krijgsraad. Tijdens zijn laatste woord hield hij de Krijgsraad voor dat wat het eindoordeel van dit rechtsproces ook mag zijn, de geschiedenis hem zal vrijspreken van alle schuld aan het trieste en traumatische gebeuren van 8 december 1982.
Een wezenlijk deel van die geschiedenis ligt volgens de oud-president besloten in de documenten, die de voormalige kolonisator voor 60 jaar in haar kluizen heeft opgeborgen.
In deze documenten gaat het volgens Bouterse niet om de problematiek van 1980 en het aandeel van de Nederlandse kolonel Hans Valk, maar om documenten van 1982. Bouterse is van oordeel dat hiermee op een afschuwelijke manier gepoogd wordt de aandacht van de relevante feiten af te leiden.
Bouterse rekent op een juist eindoordeel vanuit de zijde van de Krijgsraad. Mocht dit niet gebeuren verwacht hij een eerlijke en onbevooroordeelde procesvoering in het hoger beroep.