15 Mei 2021
23:23PARAMARIBO - Ilonka Elmont, voorzitter van de naar haar genoemde stichting, vindt dat het Covid-19-managementteam sommige maatregelen die de sport raken moet heroverwegen. Zij beseft dat de autoriteiten er alles aan willen doen om het aantal besmettingen terug te dringen en Covid-19 te overwinnen, maar benadrukt – zoals velen vóór haar hebben gedaan – het belang van bewegen. Elmont suggereert dat de overheid met sportorganisaties, vooral van individuele sporten protocollen moet samenstellen of tot een oplossing moet komen om toch aangepast te kunnen sporten.
De Ilonka Elmont Foundation verzorgt al jaren in samenwerking met het ministerie van Onderwijs, Wetenschap en Cultuur en verschillende bonden sportlessen en spelvormen op scholen en bij stichtingen voor kinderen met een beperking. Zo raken ze geïnteresseerd in wat zij aangeboden krijgen en kunnen zij zich inschrijven bij een sportclub.
De stichting werkt niet alleen aan het ontdekken en ontwikkelen van talenten, maar ook aan alternatieve vrijetijdsbesteding. Ze organiseert per jaar normaliter vier sportdagen voor kinderen met een beperking waaraan totaal tussen de 750 en duizend kinderen deelnemen. De situatie noodzaakte om de opzet aan te passen aan de Covid-19-veiligheidsmaatregelen en -protocollen. In plaats van vier sportdagen, is besloten meerdere sportweken per jaar te organiseren.
Afhankelijk van de bezetting per school en beschikbare sportfaciliteiten wil haar stichting de coaches enkele dagen naar de scholen sturen, om per klas een lesuur met de kinderen te werken. Maar door de Covid-19-maatregelen moest de organisatie haar activiteiten tijdelijk stopzetten. Dit zou volgens Elmont niet nodig hoeven te zijn, omdat de sporten en spelletjes conform de coronaprotocollen kunnen worden aangepast zodat de kinderen wel bewegen, met elkaar spelen, in competitie zijn en samenwerken. Elmont onthult dat deze strategie met OWC is besproken.
Ze wijst op de eigen verantwoordelijkheid van mensen om de coronaregels na te leven, om zodoende de ziekte terug te dringen. Maar omdat ze dat niet doen kan de stichting haar activiteiten niet organiseren. "Dat is best irritant, maar de gezondheid gaat voor", zegt ze. "Dus toch maar afwachten zodra de scholen weer deels open zijn." Voorlopig kan de stichting niet veel meer dan plannen en voorbereiden. Op het moment dat de overheidsinstanties groen licht geven, moet alles gereed zijn om weer te beginnen.
Elmont is als vechtsporttrainer wel dagelijks individueel bezig. "Met de voorgeschreven bescherming en dat loopt wel." Er zijn volgens haar veel manieren om te sporten zonder de Covid-19-maatregelen te overtreden. Die activiteiten zijn vooral voor haar doelgroep - kinderen met een beperking - erg belangrijk. "Er wordt normaliter al zo weinig voor hen gedaan. Nu is hen alles ontnomen."
Ze mist aandacht en inzet van de overheid voor deze groep en stelt dat juist in deze tijd er extra aandacht voor deze kinderen, hun ouders en de instellingen die hen opvangen moet zijn. "Het doet pijn dat er weinig aan wordt gedaan, waardoor vooral de instellingen op de rand van de afgrond staan. Men moest eens weten hoe moeilijk zij het hebben."
Als voorbeeld stelt zij dat er nergens een plek of speelplaats is waar kinderen met een beperking zich met hun ouders of begeleiders kunnen ontspannen. De overheid zou samen met het bedrijfsleven faciliteiten voor hen moeten inrichten omdat zij staatsburgers zijn en evenveel rechten hebben als andere landgenoten.-