16 Februari 2021
19:52PARAMARIBO - "Als de politie komt, moet ik mijn koopwaar inpakken en rennen", zegt Charisma* die al jaren groenten aan de Jodenbreestraat verkoopt, maar er géén vergunning voor heeft. Zij is één van de verkopers die er illegaal staat en in het kader van de ordening van de straat dreigt te worden verwijderd. Aan die ordening werkt het Platform Ontwikkeling Jodenbreestraat, dat op 21 januari door districtscommissaris (dc) Ricardo Bhola van Paramaribo Noordoost in het leven is geroepen.
Onder de beoogde ordening vallen ook veiligheid, hygiëne en rust. Daartoe is wel medewerking nodig van alle betrokkenen. Een einde maken aan de chaos is geen idee van Bhola. Opeenvolgende voorgangers hebben allemaal van de daken ordening gepredikt, maar het is er nooit van gekomen. Of het de huidige burgervader wel zal lukken moet blijken.
Charisma noemt het platform een goed idee, maar vraagt zich af of de ordening er ooit komt, "want ik heb er nog weinig van gezien". Over haar omzet klaagt ze niet: "De verkoop gaat redelijk. Ik kom 's ochtends aan, houd de politie goed in de gaten en als ik 's middags weg ga, zorg ik dat ik de plek opgeruimd en schoon achterlaat. Niemand heeft last van me."
De districtscommissaris wijst erop dat de wanorde iets is van tientallen jaren. "Vorige bestuurders schoven het probleem alsmaar voor zich uit, maar wij gaan het met het Platform Ontwikkeling Jodenbreestraat aanpakken." Er volgen nog gesprekken met betrokkenen en vergunningen zullen opnieuw worden beoordeeld. "Zijn de voorwaarden nog van toepassing op de huidige situatie? Het is immers niet de bedoeling dat groenteverkopers ervoor kiezen om dichterbij hun klanten te staan, terwijl ze ook elders, bijvoorbeeld op de markt waar ze vroeger stonden, terecht kunnen."
In de Jodenbreestraat moet het in zijn visie een "overzichtelijke, rustige, ordelijke en veilige situatie" worden met een diversiteit aan handelswaar: van de schaafijsman tot de zuurgoedvrouw, van de krantenventer tot de schoenmaker. "Het is de traditie binnen de Surinaamse cultuur waar ik naar ga kijken", aldus Bhola.
Trisman Mangoekarijo heeft een vergunning. Hij verkoopt aardvruchten en betaalt SRD 150 per maand om er legaal te staan, nu al tientallen jaren. "Ik vind de ordening een goed initiatief, maar wil wel hier blijven staan." Hij heeft goed contact met de winkelier voor wiens zaak hij zijn waar heeft uitgestald. "We maken afspraken en houden rekening met elkaar."
Ook Shakoentela Biharie praat regelmatig met winkeliers. "We praten en overleggen." Toch vreest zij voor haar vergunning. Naast groenten en fruit verkoopt ze garnalen en zoute vis. "Als de dc mijn vergunning intrekt, dan verkoop ik maar iets anders. Maar ik vraag me af waarom hij zoiets zou doen."
Maar er zijn ook ondernemers, zoals Rafael Li-Fo-Sjoe, eigenaar van een hairshop, die de groenteverkopers liever vandaag dan morgen zien vertrekken, want sommigen staan voor zijn etalage en belemmeren het zicht. Hij steunt het initiatief van Bhola en wil net als het Platform Ontwikkeling Jodenbreestraat dat het wildplassen wordt aangepakt. "Het moet een mooie, bloeiende en goed onderhouden straat worden."
Ook Deng Xiao Jing van de Mobile Shop wil worden gehoord. "Laten ze, voordat de vergunning wordt verstrekt, ook de winkeliers horen." Ze heeft veel last van de straatventers vlak voor haar winkel. "Ze zorgen voor overlast en als het regent komen ze bij mij binnen staan." Klagen is niet aan Xiao Jing besteed. "We moeten het samen aanpakken."
Krantenvrouw Ilse Ritfeld staat er al ruim veertig jaar. Ze bevestigt dat de grote chaos van straatventers die overal hun koopwaar verkochten minder is geworden doordat de Centrale Markt weer open is. Maar de krantenverkoop laat te wensen over. Ze spreekt zich niet uit over de aangekondigde verandering door het Platform Ontwikkeling Jodenbreestraat. Vaste klant Howard Meye lacht. "Daar is het nog te vroeg voor om te oordelen. Maar een overzichtelijke en klantvriendelijke straat moet het zeker worden."