Bushouders krijgen SRD 2.000 als COVID-19-vergoeding

De overheid heeft deze week voor bushouders een vergoeding van SRD 2.000 overgemaakt. Deze mededeling deed Suraj Sahadew-Lall, voorzitter van de Coöperatieve Vereniging voor de Ontwikkeling van het Surinaams Openbaar Vervoer (Vosov), gisteren tijdens de reguliere persconferentie van het nationaal COVID-19-managementteam. De bushouders hebben voor twee maanden, namelijk mei en juni, een bedrag van SRD 4.000 ontvangen als steun.

Sahadew-Lall gaf aan dat de bushouders voor de maand maart en april nog moeten ontvangen. De Vosov-voorzitter liet weten dat de minister van Openbare Werken Transport en Communicatie (OWT en C), Vijay Chotkan, heeft beloofd alles eraan te zullen doen om de gelden van de twee bovengenoemde maanden over te maken voor de bushouders. Volgens Sahadew-Lall hoeven de bushouders zich geen zorgen te maken, omdat er duidelijke afspraken zijn met de OWT en C- bewindsman over deze kwestie.

Hij zei verder dat er ruis is ontstaan in de gemeenschap over COVID-19-compensatie aan bushouders en buschauffeurs, waarbij de bushouders SRD 250 per dag en de buschauffeurs een bedrag van SRD 100 zouden ontvangen. De Vosov-voorman zei dat dit een voorstel was van een team, dat gesprekken had gevoerd met de overheid. Dit voorstel is echter niet goedgekeurd door de overheid. Hij zei dit duidelijk te willen maken, omdat bushouders en chauffeurs niet moeten verwachten dat zij dit bedrag zullen ontvangen aangezien het niet is gehonoreerd door de overheid. De overheid heeft ook aan bushouders een bedrag van SRD 1.500 uitbetaald. Hij hoopt dat de overheid hiermee doorgaat, zodat de groep die dit nog niet heeft gekregen alsnog het geld kan ontvangen.

Bushouders hebben de afgelopen maanden hun misnoegen geuit over de gang van zaken sinds de COVID-19-uitbraak. De bussen zijn sinds 20 maart in de garage, nadat de overheid het openbaar vervoer heeft stilgelegd uit vrees voor een eventuele uitbraak van het coronavirus. Bushouders en chauffeurs voelen zich gepasseerd, omdat zij ook geen inkomsten hadden door de totale lamlegging van het openbaar vervoer. Volgens Sahadew-Lall hoeven de bushouders zich geen zorgen te maken. De gesprekken tussen de bushoudersbonden en de overheid om te komen tot een definitieve vaststelling van de bustarieven en de afwerking van gemaakte afspraken worden voortgezet.