Hoefdraad: “Regering blijft investeren in sociale zekerheid en duurzame ontwikkeling”

Het Surinaamse volk mag ook in moeilijke tijden rekenen op ondersteuning van de regering-Bouterse, zegt ministerie Gillmore Hoefdraad van Financiën. Alhoewel de COVID-19-crisis op een hoogst ongunstig moment voor onze economie heeft toegeslagen, is de regering erin geslaagd financiële hulp te bieden aan zwaarst getroffen groepen in de samenleving: per maand ruim SRD 55 miljoen aan belastingkorting en SRD 97 miljoen aan sociale noodhulp. Dit, naast de bestaande SRD 127 miljoen aan productie investeringen en SRD 276 miljoen aan sociale uitkeringen op maandbasis.

Minister Hoefdraad zegt aan het NII het voor de zoveelste maal voor elkaar te hebben gekregen middelen te genereren ter bescherming van het Surinaamse volk. Niet slechts ten behoeve van minderdraagkrachtigen, maar ook ten behoeve van het bedrijfsleven.

Conform het uitgezette beleid heeft de bewindsman steeds balans gezocht tussen besparingen en subsidies, belasting heffen en lenen, investeren in zorgsectoren en het plegen van kapitaalsinvesteringen. “Het is geen makkelijke job om alle prioriteiten tegen elkaar af te wegen en iedereen tevreden te stellen. Maar ik heb mij altijd laten leiden door het landsbelang, en wat op middellang en lange termijn het beste is voor Suriname”, aldus minister Hoefdraad.

COVID-19-steunmaatregelen
Minister Hoefdraad geeft in een overzicht aan hoeveel de staat elke maand uitgeeft aan COVID-19-steunmaatregelen. De staat levert met het verhogen van de heffingskorting als belasting verlichtende maatregel per maand circa SRD 19 miljoen in ten behoeve van ambtenaren, SRD 2 miljoen ten behoeve van SAS-zelfstandigen en SRD 35 miljoen aan loontrekkers uit de private sector.

Voor wat betreft de sociale voorzieningen wordt op maandbasis het volgende uitgegeven door de staat: ruim SRD 34 miljoen aan AOV, SRD 45 miljoen aan AKB, SRD 10 miljoen aan financiële bijstand voor mensen met een beperking, SRD 1 miljoen voor zwakke huishoudens, SRD 3 miljoen aan onderstanden en SRD 3 miljoen aan werklozen of mensen met een verminderd inkomen als gevolg van de COVID-19-maatregelen.

Bestaande investeringen en subsidies
Aan kapitaalsinvesteringen wordt maandelijks uitgegeven: SRD 21 miljoen ten behoeve van landbouw, veeteelt, visserij en bosbouw, SRD 21 miljoen aan de bouw van scholen en de studentencampus, SRD 85 miljoen aan infrastructuur en ICT.

Aan bestaande sociale subsidies wordt maandelijks betaald: ongeveer SRD 76 miljoen ten behoeve van de gezondheidszorg, SRD 40 miljoen aan onderwijssubsidies, SRD 40 miljoen aan pensioen suppleties, SRD 43 miljoen aan sociale uitkeringen, SRD 70 miljoen aan energiesubsidies en SRD 16 miljoen aan vervoer en andere subsidies.