14 Mei 2020
08:14Toneelgenootschap Thalia heeft het door de overheidsmaatregelen als gevolg van de COVID-19-pandemie nog moeilijker gekregen. Door de pandemie is nu meer dan zichtbaar hoe kwetsbaar de culturele sector in Suriname is. Er is door de lockdown en overheidsmaatregelen financiële schade ontstaan in de gehele culturele sector. Elke verdere verlenging van maatregelen zal de culturele infrastructuur verdere schade berokkenen, zegt Humphrey Bergraaf jr., voorzitter van het toneelgenootschap.
De acute liquiditeitsproblemen van Thalia hebben grote negatieve impact op het voortbestaan en de werkgelegenheid, niet alleen voor het toneelgenootschap, maar voor de gehele culturele sector in Suriname. Thalia is nu extra kwetsbaar, omdat er de afgelopen jaren fors is geïnvesteerd in het gebouw en de commerciële activiteiten om zodoende de inkomsten te vergroten. Voor Thalia is de sluiting dubbelzuur want niet alleen de totale omzet is vanaf maart weggevallen, maar ook de culturele ontwikkeling is volledig stil komen te liggen.
Bergraaf geeft aan dat het nog maanden kan duren voordat er weer een voorstelling, met een goed gevulde zaal, kan plaatsvinden. Gelet op de nieuwe werkelijkheid van de anderhalve meter economie zal het ook lang duren, voordat deze weer volledig opgang komt. Het realiseren van grotere publieksstromen kan waarschijnlijk pas opgestart worden, na het op grote schaal beschikbaar komen van een vaccin. Intussen wordt er met man en macht gewerkt om aan alle financiële verplichtingen te voldoen. Geen inkomsten terwijl de vaste lasten en het broodnodig onderhoud nog altijd betaald zullen moeten worden.
Mogelijkheden
Er wordt gekeken naar mogelijkheden om toch de zaal te verhuren voor bepaalde activiteiten, waarbij natuurlijk alle publieke gezondheidsmaatregelen in acht zullen worden genomen. Ook bekijkt het bestuur de mogelijkheden om in aanmerking te komen voor subsidie vanuit de overheid en eventueel het buitenland. “Er moet wel schot in de zaak komen, want het water staat ons aan de lippen”, geeft Bergraaf aan.
Met de verruiming van samenscholing tot maximaal vijftig personen is Thalia niet geholpen. De zaal met vijfhonderd zitplaatsen zal verlies draaien met slechts dit aantal bezoekers. Bovendien zal geen enkele partij Thalia afhuren voor vijftig personen. Thalia wordt in deze periode enorm geraakt, want haar bestaansrecht is gebaseerd op het verhuur van de schouwburg en het maken van eigen producties.
Daarom wordt om steun gevraagd, zodat Thalia in staat wordt gesteld haar waardevolle rol in de samenleving te kunnen blijven vervullen. Het bestuur hoopt dat de overheid, het bedrijfsleven en de totale Surinaamse gemeenschap haar zal ondersteunen.
Sinds haar oprichting op 27 april 1873 geeft Toneelgenootschap Thalia aan dat de culturele sector in Suriname van onschatbare waarde is en een essentiële bijdrage levert aan de culturele vorming en culturele waarde van Suriname. Ondertussen al 183 jaar lang.