Vicepresident Adhin: “Financieel probleem door COVID-19 is wereldwijd”

Niet alleen Suriname, maar zelfs de grote landen in de wereld hebben tot op dit moment geen pasklaar antwoord op de financiële gevolgen van het COVID-19-virus. De uitbraak van dit virus in haast alle landen in de wereld, heeft de wereldeconomie op zijn kop gezet, liet vicepresident Ashwin Adhin gisteren weten tijdens de persconferentie van het nationaal COVID-19-managementteam.

De vicepresident vond het niet juist dat het idee wordt geopperd alsof de Surinaamse regering geen moeite doet om kwetsbare groepen tegemoet te komen die getroffen zijn als gevolg van de coronamaatregelen die genomen zijn.

Volgens Adhin moet de regering elke cent die zij uitgeeft goed kunnen verantwoorden, meer nog omdat het om geld van de belastingbetaler gaat. Het COVID-19-vraagstuk is een wereldprobleem en geen Surinaams probleem.

Adhin liet weten dat de grote landen nu zelfs overgaan om de lockdownmaatregelen te versoepelen zodat hun economieën kunnen ademen. In Suriname heeft de regering ervoor gekozen om geen doden te hebben. Dat is volgens hem de reden waarom de strenge maatregelen gehandhaafd zullen blijven. Hij liet weten dat het komen aan fondsen internationaal niet gemakkelijk is. Suriname probeert het op zijn eigen manier te doen.

In Sommige landen kunnen de geldpersen draaien, zonder dat er inflatie komt. “Wij kunnen dat niet. We moeten binnen onze mogelijkheden bekijken hoe we aan financiële middelen komen om zaken aan te pakken”, merkte de vicepresident op.

Hij liet verder doorschemeren dat de regering dag en nacht bezig is te werken aan maatregelen voor groepen die getroffen zijn. Zo komen er fondsen voor kleine ondernemers, onderwijs en de toerismesector. De bedrijfslevenorganisaties zijn tot nu toe de gesprekspartner geweest met wie de regering van gedachten heeft gewisseld. Er is bewust daarvoor gekozen omdat zij de directe vertegenwoordigers zijn van de groepen die nu getroffen zijn. Maar alles kost geld, zei Adhin.

Volgens hem wordt de zaak van noodfondsen vandaag besproken in de onderraad. Het is een exercitie voor het hele land. De sociaal zwakkeren worden geregistreerd door het ministerie van Sociale Zaken en Volkshuisvesting. “Dan komt nog de vraag hoe je de informele sector tegemoetkomt. Met een voedselbank of een vergoeding? We zullen meer hierover bekendmaken bij de uitvoering”, aldus vicepresident Adhin.