PARAMARIBO - Het Caribisch Gerechtshof (CCJ) heeft dinsdag geoordeeld dat de motie van wantrouwen die december vorig door het parlement is aangenomen tegen de regering van Guyana geldig is. Toenmalig coalitielid Charandas Persaud koos de kant van de oppositie waardoor de regering bij een stemming van 33 tegen 32 door het parlement naar huis werd gestuurd.
De regering van president David Granger spande hierover een rechtszaak aan en werd door het gerechtshof in Guyana in het gelijk gesteld. Oppositiepartij, PPP, ging echter bij het CCJ in hoger beroep. Dit hof heeft nu beslist dat de stemming van 33 tegen 32 in december vorig jaar rechtsgeldig is en dat zoals de Guyanese grondwet voorschrijft binnen drie maanden verkiezingen gehouden zouden moeten worden.
Geoordeeld werd dat 33 een meerderheid van het totaal aantal zetels in de Nationale Assemblee van Guyana. Alleen een meerderheid in het Guyanese parlement kan bepalen of de termijn van drie maanden mag worden verlengd. Het CCJ heeft gevorderd dat partijen de komende dagen bijeenkomen om het traject naar de vervroegde verkiezingen vast te stellen. Indien ze daartoe niet in slagen zal het Caribisch hof komende week maandag zelf richtlijnen geven wat dient te geburen.