Vermoedelijke aanslagen op olietankers in Golf van Oman

Twee olietankers in de Golf van Oman zijn getroffen in vermoedelijke aanvallen. De olieprijzen schoten daardoor 4% omhoog. De stijging komt een maand nadat vier andere olietankers waren beschadigd door zeemijnen in de regio.

Eén van de tankers, de Front Altair, met een lading petrochemische grondstof, brandde in de wateren tussen de Golf Arabische staten en Iran. Het Iraanse persagentschap zei dat het was gezonken, hoewel de Noorse eigenaar stelde dat het nog dreef en dat de bemanning veilig was. De andere tanker was op drift zonder enige bemanning.

De in Bahrein gevestigde US Navy Fifth Fleet zei dat het de tankers assisteerde na het ontvangen van noodoproepen. De Maritime Trade Operations van het Verenigd Koninkrijk, onderdeel van de Britse marine, zei dat het met zijn partners een onderzoek heeft ingesteld.

Alle details over het incident vandaag waren niet meteen duidelijk. Het bedrijf dat één van de schepen charterde, zei dat het vermoedde dat een torpedo het schip had geraakt, terwijl een bron zei dat de andere mogelijk beschadigd was door een magnetische mijn. Een onderzoek naar de aanvallen van vorige maand op vier tankers wees uit dat er gebruik gemaakt was van 'limpet mijnes' (onder water aangebrachte kleefmijnen). Saudi-Arabië en de Verenigde Staten gaven Iran de schuld van die aanvallen, een aanklacht die Teheran ontkent.

De olieprijzen stegen maar liefst 4% na het nieuws van de aanvallen vandaag. De regio was al op scherp na aanvallen op olie-activa van de Golf in mei. Die aanvallen vonden plaats te midden van een geschil tussen Iran en de Verenigde Staten over het nucleaire programma van Teheran.

De Golf van Oman ligt aan de ingang van de Straat van Hormuz, een belangrijke strategische waterweg waar een vijfde van de wereldwijde olieconsumptie doorheen gaat van producenten uit het Midden-Oosten. Autoriteiten in Oman of de Verenigde Arabische Emiraten, in wiens territoriale wateren de vier tankers in mei werden geraakt, hebben het incident van vandaag officieel nog niet bevestigd. Saudi-Arabië en de Verenigde Arabische Emiraten hebben gezegd dat aanvallen op oliebronnen in de Golf een risico vormen voor de wereldwijde olievoorziening en de regionale veiligheid.

Bemanning veilig

Bernhard Schulte Shipmanagement zei dat zijn tanker Kokuka Courageous was beschadigd in een "vermoedelijke aanval" die de romp boven de waterlijn doorbrak tijdens het transport van methanol van Saudi-Arabië naar Singapore. "Het schip drijft veilig," zei het in een verklaring, eraan toevoegend dat zijn bemanning met enkele lichte verwondingen, veilig was.

Een expediteur zei dat er een explosie was "vermoedelijk van een aanval van buitenaf" waarbij mogelijk sprake was van een magnetische mijn op de Kokuka Courageous. "Kokuka Courageous is op drift zonder enige bemanning aan boord", zei de bron. De Japanse rederij Kokuka Sangyo, eigenaar van de Kokuka Courageous, zei dat het schip twee keer werd geraakt in drie uur tijd.

De Taiwanese olieraffinaderij CPC zei dat de tanker Front Altair, eigendom van het Noorse Frontline, "vermoedelijk werd geraakt door een torpedo." Het schip transporteerde  75.000 ton van de petrochemische grondstof Nafta (aardoliedestillaat) naar Taiwan. De raffinaderij zei dat de bemanning veilig was. Frontline zei dat het schip in brand stond, maar nog steeds drijvend was, hoewel het Iraanse persbureau IRNA later zei dat het schip was gezonken. De Front Altair was ingeladen in Ruwais in de Verenigde Arabische Emiraten, zegt Refinitiv Eikon, dat handelsbronnen en verzendgegevens bijhoudt.

Een andere bron zei dat de Front Altair melding maakte van een brand die was veroorzaakt door een "oppervlakte aanval" en dat de bemanning was opgepikt door het nabijgelegen schip Hyundai Dubai. Het Iraans staatspersbureau IRNA meldde dat Iraanse opsporings- en reddingsteams 44 matrozen uit twee beschadigde tankers hadden opgepakt en hen naar de Iraanse haven van Jask hadden gebracht.

De vermoedelijke aanslagen van vandaag, donderdag, komen een dag nadat Houthis in Jemen een raket afvuurde op een luchthaven in Saudi-Arabië, waarbij 26 mensen gewond raakten. De Houthi's, die gelinieerd zijn aan Iran, claimden vorige maand ook een gewapende drone-aanval op Saudische oliepompstations.

De Japanse premier Shinzo Abe, die woensdag sprak tijdens een bezoek aan Iran, drong er bij alle partijen op aan de spanningen niet te laten escaleren. Hij heeft een ontmoeting gehad met de Iraanse opperste leider Ali Khamenei.