PARAMARIBO - Van de honderden miljoenen vrachtcontainers die per jaar vervoerd worden wordt slechts een miniem deel fysiek gecontroleerd op verboden of illegale zaken. Het afgelopen jaar werd van de meer dan 750 miljoen containerbewegingen wereldwijd minder dan 2 procent gecontroleerd. Dat zei Bob van den Berghe, regionaal coördinator van het UNODC, de drugs- en criminaliteitsbestrijdingsafdeling van de Verenigde Naties, tijdens een persconferentie.
Onder supervisie van het UNODC wordt het container control- programma (CCP) uitgevoerd. Suriname is vanaf 2012 met zijn Port Control Unit (PCU) ook aangesloten op dit systeem, waarbij vrachtcontainers op havens worden gecontroleerd. Het CCP dat in 2004 is begonnen, richt zich op het opzetten van controle-units op de havens van aangesloten landen, profilering en inspectie van risicocontainers om zo contaminatie van containers aan te pakken en de veiligheid in de desbetreffende landen te helpen verbeteren.
Met behulp van het controleprogramma is vorig jaar 51.000 kilo cocaïne onderschept. Van den Berghe legde uit dat het streven is om juist met minder fysieke controle, met behulp van technologie en nauwere samenwerking, de veiligheid te verhogen. Momenteel is het UNODC met Bolivia en Colombia twee landen van waaruit grote hoeveelheden cocaïne worden gedistribueerd bezig om ook in deze landen controle-units op te zetten.
Behalve drugs worden via het controleprogramma ook zaken zoals smokkel van sigaretten, vuurwapens, munitie, nepmedicijnen alsook valse sigaretten opgespoord. Ook de export en import van beschermde planten en dieren worden zo aangepakt. Eveneens kunnen zaken die een bedreiging kunnen vormen voor de volksgezondheid worden opgespoord.
Luitenant-kolonel Danielle Veira, directeur van het Directoraat Nationale Veiligheid, merkte op dat Suriname maar ook geen enkel ander land in staat is om drugssmokkel en andere illegale zaken zoals smokkel van goederen en mensenhandel te stoppen. Suriname kan wel met acties die hier worden ondernomen en in samenwerking met andere landen en organisaties een bijdrage leveren om voornoemde zaken te bestrijden.
De indruk die bestaat als zouden de autoriteiten niets of onvoldoende doen om de doorvoer van cocaïne aan te pakken en de grenzen openstellen voor drugscriminelen, is volgens Veira onterecht. Ze merkt op dat Suriname geografisch heel gunstig ligt waardoor criminele organisaties proberen om via het land hun coke-zendingen op de internationale afzetmarkten te krijgen. Vandaar dat de lokale autoriteiten met internationale partners zoals het UNODC samenwerken.
Ze wijst op de successen van de afgelopen periode waarbij in Suriname en buiten de grenzen grote hoeveelheden cocaïne in beslag zijn genomen en verdachten zijn aangehouden en berecht. "We willen Suriname weghalen uit het beeld dat men geschapen heeft over ons", aldus Veira. De autoriteiten zijn constant bezig met acties en beleidsmaatregelen om drugscriminaliteit en -doorvoer in te dammen.