Vp Adhin belooft persoonlijke hulp wederopbouw panden Bedevaartsoord

PARAMARIBO - De grote murti’s zijn van verre te zien. De bijna zeven meter hoge beelden van Krishna, Hanuman en Sita geven aan waar het Hindoeïstische Bedevaartsoord is. “Gelukkig was de brandweer er snel bij en hebben ze er echt alles aan gedaan om ervoor te zorgen dat de vlammen niet zijn overgeslagen naar de andere gebouwen, de mandir en de beelden. Dat zou echt een ramp zijn”, verzucht pandit Ramon Bajnath, voorzitter van de Stichting Bedevaartsoord te Weg naar Zee. Zondagavond veroorzaakte een felle brand op het achtererf grote schade.

Al vroeg in de ochtend kreeg hij bezoek van vicepresident Ashwin Adhin die de toezegging deed dat hij zich persoonlijk zal inzetten voor  de wederopbouw van pand die hij zal financieren vanuit privémiddelen. "Dat is een enorme opluchting", zegt Bajnath,  "want het pand is wel verzekerd maar wel beneden de prijs want met de laatste koersverhogingen hadden we de verzekering nog niet verhoogd." 

Voordat de politierecherche en forensische opsporingsdienst het terrein verlaten, vragen zij de pandit om vooral in de avond te letten op smeulend vuur dat mogelijk kan worden aangewakkerd door de wind. Ze zeggen ook dat niemand mag proberen het pand te betreden, omdat het onderzoek nog niet is afgerond.

Zondagavond rond tien uur verwoestten de vlammen op het achtererf een grote activiteitenhal van twintig bij vijf meter, inclusief een keuken. Ook een woonruimte van tien bij vijf  meter -  waarin ook de pandit was gehuisvest - werd in de as gelegd. De pandit wil niet ingaan op geruchten dat de brand is gesticht door daklozen die de buurt onveilig maken en diefstallen plegen bij seniorenburgers. "De politie onderzoekt nog, ik wil nu daarover niets zeggen."

Pandit Bajnath is sterk maar moe, zijn rug doet pijn en zijn mobiel gaat elke vijf minuten over. "Iedereen belt om te vragen hoe het gaat en zoveel mensen zijn komen kijken." Hoofdschuddend maar geduldig staat hij een ieder te woord.  Hij verteld dat de gemeenschap zoals elke avond gezellig  heeft zitten napraten tot negen uur in de avond.

"Om tien uur bonkte een van de bewoners op mijn deur; ze schreeuwde dat er rook kwam uit het pand waar ik slaap." Nog voor hij goed en wel eruit kon komen, hadden de vlammen reeds om zich heen gegrepen door de harde wind. Met grote moeite haalde hij een kleine wagen en een pick-up weg. Een Noahbusje was niet meer te redden en staat er zwartgeblakerd bij.

"Al mijn kleding, twee tv's, twee ijskasten en een grote freezer, duizend Jardinstoelen, enkele brushcutters en veel van mijn tools, een lasmachine en zo, zijn allemaal verbrand". De pandit zucht even en schudt zijn hoofd. "Maar ik ben echt blij met het kordate optreden van de brandweer", benadrukt hij. 

"Wij wisten niet eens dat het was afgebrand, vanmorgen heeft mijn dochter het op Facebook gezien", snikt mevrouw Gena, die aangeeft dat zij hartpatiënt is en last heeft van suikerziekte en bloeddruk. "Ze heeft  me verteld - maar niet direct - dat ook mijn huisje  is verbrand." Ze kan haar tranen nauwelijks bedwingen. Ze woont nu ruim twee en een half jaar op het terrein.

Na het vernemen van het nieuws trokken ze vanuit het huis van haar dochter naar de plaats des onheils. De eerste vijf maanden in een kleinere kamer en daarna kon ze verhuizen naar een ruimer appartement dat deel uitmaakt van het grotere pand. "Het is heel erg. Ik ben alles kwijt, alles. Niks heb ik meer!" zegt ze, waarna ze overmand wordt door tranen.

Ook Neermala Chaitsingh, vrijwilligster bij het bedevaartsoord, heeft de brand meegemaakt. Zij heeft geholpen tot 5 uur in de ochtend. "Ik kan het echt niet geloven. Ik heb er geen woorden voor." Zij verteld dat veel van de seniorenburgers verstoten zijn door hun familie. De pandit vangt hen op en helpt ze aan een menswaardige woonplek.

Er zijn volgens Chaitsingh ook mensen die een appartement bewonen tegen een zeer laag sociaal tarief. "Ik ben ruim vijf jaar geleden geremigreerd en ben vaak hier. Ik heb hier geestelijke hulp gevonden, deze plek betekent veel voor me - en ook de mensen die hier wonen en geregeld komen. Niemand die hier komt, gaat zonder te eten weg."