PARAMARIBO — Richard Pinas en Arantxa Swedo als Caricom-jeugdambassadeurs en Amrish Lalsa en Drusilla Reinhard-Blinker als SDG-jeugdambassadeurs zijn door president Chandrikapersad Santokhi geïnstalleerd. Het viertal wordt ondersteund door zestien jeugdofficieren, die eveneens maandag werden geïnstalleerd door het staatshoofd. Aangegeven wordt dat ze samen met de jeugdambassadeurs een cruciale rol spelen in het bevorderen en realiseren van de doelen van zowel de Caribische Gemeenschap (Caricom) als de duurzame ontwikkelingsdoelen (SDG’s) binnen de gemeenschap.
Pinas, Swedo, Lalsa en Reinhard-Blinker werden op 26 oktober voor een termijn van twee jaar gekozen door de leden van de Jeugdraad Suriname (JRS). De jeugdambassadeurs worden voorbereid op hun taken door middel van diverse trainingen. Volgens de president vervullen ze een belangrijke rol in het vertegenwoordigen en activeren van jongeren om bij te dragen aan maatschappelijke en duurzame ontwikkeling.
“Als wij niets doen en de jongeren passief blijven, zullen wij moeten instaan voor de gevolgen wanneer Paramaribo in 2050 onder water zal lopen”
Hij verwacht daarom een proactieve rol van deze jongerenleiders, die behalve een voorbeeld moeten zijn voor de Surinaamse jongeren, ook richting moeten geven in discussies over maatschappelijke aangelegenheden die een impact kunnen hebben op het leven en de toekomst van jongeren, zowel in eigen land als in de regio. Als uitdagingen noemde het staatshoofd de gevolgen van klimaatverandering, die vooral impact kunnen hebben op komende generaties.
Santokhi vindt daarom dat jongeren harder hun stem moeten laten horen voor sensibilisering en actie tegen de gevolgen van klimaatverandering, zoals overstromingen en verlies van biodiversiteit. De ambassadeurs moeten volgens hem jongeren actief betrekken bij milieubescherming en het verhogen van bewustzijn over milieuproblemen en duurzaamheid. “Als wij niets doen en de jongeren passief blijven, zullen wij moeten instaan voor de gevolgen wanneer Paramaribo in 2050 onder water zal lopen.”
Onderwijsvernieuwingen
Er zijn volgens de president ook maatschappelijke uitdagingen en ontwikkelingen die zij als jongeren moeten aanwakkeren. Hij noemde in dit verband het vernieuwen van het onderwijs, de sociale gevolgen van olie- en gaswinning en het stimuleren van agrarische productie en toerisme.
Jongeren zullen volgens hem de aanzet moeten geven voor het diversifiëren van het onderwijssysteem. Er moeten, aldus Santokhi, meer technische studierichtingen worden ontwikkeld, zoals één gericht op carbon credit; het begrijpen, beheren en ontwikkelen van mechanismen om koolstofemissies te reduceren of te compenseren via het handelssysteem van koolstofkredieten. Suriname is één van slechts negen landen in de wereld die carbon-negatief is.
De president vindt dat de focus van de hogere onderwijsinstellingen momenteel te veel ligt op de administratieve, organisatorische en bestuursrechtelijke sfeer. Het onderwijs moet daarom worden omgebogen naar meer technische opleidingen. Petrogemie is pas als nieuwe opleiding geïntroduceerd.
Het staatshoofd wees ook op de sociale en milieu-impact die de gevaren van olie- en gaswinning met zich kunnen meebrengen. In Guyana zijn, volgens hem, zowel de overheid als de private sector verzwakt omdat er een uitholling van kader en sterkere sectoren heeft plaatsgevonden. Dit zijn volgens hem vraagstukken waarbij de jongeren richting moeten geven aan de discussies hieromtrent.
Overlappingen
Minister Steven Mac Andrew van Arbeid, Werkgelegenheid en Jeugdzaken gaf onder meer aan dat er een overlapping is tussen de taken en activiteiten van de ambassadeurs, maar vindt dat de focus nu moet worden gescheiden. Door deze overlapping aan te pakken, kunnen volgens hem beide groepen ambassadeurs hun impact versterken en ervoor zorgen dat jongeren op zowel nationaal als regionaal niveau effectief bijdragen aan duurzame ontwikkeling en aan de specifieke doelen van jongeren binnen de Caricom.
Hij rekent erop dat er een goede wisselwerking en samenwerking zal zijn met de jeugdambassadeurs en dat zij eenduidige visies ontwikkelen over thema’s en kwesties, zodat de boodschap naar hun doelgroep toe niet verschillend zal zijn en geen verwarring zal veroorzaken onder jongeren. Hij deed een beroep op hen om zich te gedragen als voorbeeldfiguren, waardoor hun leeftijdsgenoten geloof krijgen in jongerenparticipatie.
Reinhard-Blinker kijkt uit naar een nauwe samenwerking tussen Youth Officers, beleidsmakers en jongeren om uitdagingen aan te pakken. Voor haar is dit absoluut geen nieuw terrein, omdat zij al in jongerenplatformen opereert.
Ze beschouwt haar ambassadeurschap als de gelegenheid om meer te doen voor de Surinaamse jongeren binnen onder meer de SDG’s. Zij wil zich sterk maken voor jongeren, gezondheid (preventie van drugsgebruik) en onderwijs. Swedo is uitermate optimistisch over haar nieuwe rol en kijkt ernaar uit om het verschil te maken.
