De voorgenomen bauxietdeal, waarvoor de regering een intentieverklaring heeft ondertekend met het Chinese staatsbedrijf Chinalco, zal – indien het wordt goedgekeurd door het parlement – de slechtste ooit zijn in de extractieve industrie van Suriname (wanneer grondstoffen uit de bodem worden gehaald en vervolgens worden verwerkt en of verhandeld, … red.) sinds de Brokopondo Overeenkomst. Dit was donderdagavond de belangrijkste conclusie tijdens een paneldiscussie van de Vereniging van Economisten in Suriname (VES) over de ontwikkeling van de bauxietvoorraden in het Bakhuisgebergte in West-Suriname.
Tekst Wilfred Leeuwin
Beeld kabinet van de president
De deal houdt in dat de regering instemt met het weggeven van alle belastingvoordelen, Chinalco en haar bedrijven geen inkomstenbelasting hoeven te betalen en Suriname zijn recht weggeeft om in een gebied van 28.000 hectare concessies te verlenen. Maar ook is er geen integrale ontwikkeling zoals oorspronkelijk de bedoeling was.
“Dit contract geeft een bonanza van privileges aan de buitenlandse multinational”
Stanley Esajas
Eveneens is er geen haalbaarheidsstudie afgesproken en ook geen milieueffectenplan gemaakt. Afgezien van dit alles houdt Suriname uiteindelijk slechts drie US dollar over aan elke ton bauxiet die uit de bodem wordt gehaald en naar China wordt verscheept.
De verontwaardiging en het onbegrip bij Surinaamse deskundigen, die donderdagavond opmerkelijk grote belangstelling toonden voor de VES-discussie was net zo groot als de emotionele en boze reacties uit het publiek. “In plaats van stappen vooruit maken, zoals tot nu toe het geval is geweest bij opeenvolgende deals, maken we in één keer een grote sprong richting het dal”, oordeelde Henry Kramer, civiel ingenieur en gewezen manager in de bauxietindustrie.
Belasting- en financieel deskundige Stanley Esajas schokte de aanwezigen in het Lalla Rookh-gebouw met de onthulling dat uiteindelijk de economische waarde voor Suriname in reële zin slechts drie US dollar bedraagt voor elke ton bauxiet die Chinalco wint en naar China verscheept. “Als wij met z’n allen wegkijken terwijl dit zich voltrekt, zijn wij allemaal even schuldig aan de gevolgen die zullen komen. En ze zijn niet eenvoudig”, waarschuwde econoom en milieuspecialist John Goedschalk.
Belasting
Kramer en Esajas hebben een historisch beeld geschetst van hoe Suriname sinds tot zelfs vóór de Brokopondo Overeenkomst met Suralco, stappen vooruit heeft gezet en de deals in de extractieve industrie steeds beter werden. “Alle overeenkomsten hebben met elkaar gemeen dat altijd de Surinaamse wetgeving bepalend is geweest. In de voorgenomen deal met Chinalco is wat in het contract komt te staan geldend en niet de Surinaamse wetgeving; geen enkele Mijnbouwwet en geen enkele Belastingwet”, zei Kramer.
Ook wees hij erop dat in voorgaande deals de royalty’s waren gebaseerd op productie. Daarnaast heeft de Surinaamse overheid altijd het recht voorbehouden om in het concessiegebied ook andere concessies aan derden uit te geven, zoals voor houtwinning. In het geval met Chinalco mag dat niet. Bestaande concessies mogen alleen worden verlengd met schriftelijke toestemming van het Chinese bedrijf.
Het was niet alleen voor Kramer en Esajas, maar ook voor andere deskundigen bij de lezing onbegrijpelijk dat de regering Chinalco en bedrijven waarin het aandelen heeft, vrijstelt van belasting. Surinaamse contractors zullen wel normaal belasting moeten betalen. Echter, dat zal niet hoeven wanneer het om een Surinaams bedrijf gaat waarin Chinalco aandelen heeft.
Kramer legde in zijn inleiding uit dat in de Mijnbouwwet het proces staat omschreven dat vooraf gaat aan het sluiten van een mineralendeal, bijvoorbeeld een haalbaarheidsstudie vooraf, een milieu- en sociaal effectenplan om de impact op de lokale gemeenschappen en de biodiversiteit vast te stellen. In dit geval wordt dat pas achteraf gedaan. Er moet in het plan een gedetailleerd overzicht staan hoe de mijnactiviteiten en financiering zullen plaatsvinden. “De onderhandelingen die pas daarna plaatsvinden, zijn volledig hiervan afhankelijk. Sinds 2020 geldt het toepassen van een Free Prior Inform Consent-principe, waarbij de betrokkenheid en het informeren van de lokale gemeenschappen verplicht is. In het geval van Chinalco staat in het concept dat dit ook nog niet heeft plaatsgevonden.”
Economische waarde
Esajas wees erop dat alle voorgaande onderhandelingen in de extractieve industrie zijn gebaseerd op belastingwetgeving. Volgens hem is de Production Sharing Contracts-deal in 2015 het beste contract dat Suriname ooit heeft afgedwongen, met een behoorlijk verdienmodel op royalty’s, belasting op winst en winstdeling. “Dat contract reguleert de grondslag heel keurig. Nu krijgen we dit. Dit contract geeft een bonanza van privileges aan de buitenlandse multinational”, aldus Esajas.
Hij vroeg extra aandacht voor hoe Suriname zich volledig bloot heeft gegeven in de onderhandelingen om tot het ontvangen van royalty’s te komen. Chinalco heeft afgedwongen dat wanneer haar brutomarges negatief tot zelfs nul worden het bedrijf geen royalty’s hoeft te betalen maar het bauxiet wel mag uitvoeren. De manier waarop dit is afgedwongen door Chinalco noemde Esajas “ongekend en ongehoord in de industrie”.
Hij heeft uitgerekend dat de werkelijke economische waarde van het aanwezige bauxiet in het Bakhuisgebergte ook al met een mindere kwalitiet over een periode van dertig jaar voor de Chinalco-deal en vijftig jaar levensvatbaarheid voor de mijn een exportwaarde heeft van tussen de 140 en 160 miljard US dollar. Afgaand op de uitleg die die presidentiële commissie heeft gegeven op 25 november toen de intentieverklaring is getekend, zei Esajas: “de regering krijgt na al dit gebabbel maar drie US dollar per ton voor deze onderneming”. En voegde hij toe: “Laat u niet gek maken, we krijgen geen loonbelasting; er gaan mensen werken in dit land die geen loonbelasting betalen.”
Gevolgen
Zowel Kramer als Esajas wees erop dat de deal met Chinalco in huidige vorm ernstige gevolgen zal hebben voor de toekomstige onderhandelingspositie van Suriname bij het sluiten van deals in de extractieve industrie. “Er wordt altijd gekeken naar de laatste deal. We hebben dat steeds verhoogd en waarde aan toegevoegd. Als we niet oppassen, heeft deze deal met Chinalco zelfs impact op bestaande deals die mogelijkerwijs onder druk komen te staan”, waarschuwde Esajas.
Goedschalk haalde aan dat mocht Chinalco haar zin krijgen via het parlement, het concessiegebied dat het bedrijf krijgt letterlijk uit handen wordt gegeven omdat daar geen enkele Surinaame wetgeving van toepassing zal zijn dan wat Chinalco nu al heeft afgedwongen. Hij stelde, in tegenstelling tot wat president Chandrikapersad Santokhi heeft gezegd, dat er wel degelijk inheemse gemeenschappen in het gebied zijn: ruim vijfduizend mensen. Het staatshoofd zou ook hebben aangegeven dat in geval er mensen in het gebied aanwezig zijn, de regering die zal laten verwijderen.
“In plaats van stappen vooruit maken, maken we in één keer een grote sprong richting het dal”
Henry Cramer
De paneldiscussie werd ook bijgewoond door gezaghebbende mensen uit de inheemse gemeenschap, onder wie Lloyd Read. Hij heeft in niet mis te verstane bewoordingen aangegeven dat de inheemsen niet ‘weer’ over zich heen zullen laten lopen bij deze deal.
De discussie en vragenronde na de inleidingen waren fel en er zijn harde woorden gevallen over het beleid van de regering en de plannen om in het Bakhuisgebied in West-Suriname slechts bauxiet uit de bodem te laten halen en te laten exporteren zonder enige garantie op een integrale industrie en ontwikkeling van het gebied. Aanwezigen riepen de VES en het maatschappelijke middenveld op om nu al acties te ondernemen om het parlement ervan te weerhouden goedkeuring te geven aan de conceptovereenkomst. De inleiders en ook andere deskundigen wezen er ook op dat het niet gaat om een verdrag tussen Suriname en China maar om een contract tussen Suriname en een Chinees staatsbedrijf.