door Audry Wajwakana
PARAMARIBO — Van het koude Nederland naar het warme Suriname. De drie Nederlandse verpleegkundigen Albi Popken, Erna Bijsterbosch en Aukje Kuijer maakten van 9 tot en met 16 november een steptocht in vier etappes. Eerst van Albina naar Moengo, waar ze overnachtten. Vervolgens werden ze met de auto naar Stolkertsijver gebracht, om van daaruit te steppen naar Tamanredjo en vervolgens naar Lelydorp. Daar boden de eigenaren van Bed & Breakfast Boiti twee gratis overnachtingen aan. Uiteindelijk stepten ze van Lelydorp naar Paramaribo.
Het doel van de steptocht was meer bekendheid geven aan het hospice ‘De Horizon’ en om geld in te verzamelen voor het Hospice Verblijffonds. De actie, die zij in Nederland zijn gestart, had al drieduizend euro opgebracht. “In Suriname verwachten we dit bedrag aan te vullen tot vijfduizend euro”, vertelt Popken aan de Ware Tijd.
“Hoe meer mensen weten wat palliatieve zorg inhoudt, hoe toegankelijker die voor iedereen wordt”
Verpleegkundige Albi Popken
Het ontstaan
De drie vrouwen kwamen op 3 november met hun stepfietsen – fietsen zonder zadels en trappedalen – naar Suriname. Het idee voor de tocht komt voort uit hun jarenlange betrokkenheid bij de palliatieve zorg in Suriname. Deze vorm van zorg richt zich op mensen die ongeneeslijk ziek zijn, maar voor wie nog veel kan worden gedaan om hen het leven in het gezelschap van hun familie zo comfortabel en zo pijnvrij mogelijk te maken. “Toen we in 2008 als vrijwillige verpleegkundigen bij de zorg in Suriname waren betrokken, zagen we dat er op dit gebied nog veel verbetering mogelijk was. Deze zorg is in Suriname nog nauwelijks bekend”, verklaart Popken.
De drie kwamen op het idee om een hospice op te richten, een plek waar ongeneeslijk zieken in een huiselijke sfeer worden opgevangen. In 2015 startten zij, met steun van UTSN-gelden, een project. Via de UTSN, een samenwerking tussen Suriname en Nederland, schreven zij in samenwerking met het Diakonessenhuis en het EFS College Covab een projectvoorstel. “Ons doel was om de palliatieve zorg in Suriname te versterken en uit die samenwerking is het hospice ontstaan”, legt Popken uit.
In 2017 werd het hospice bij het Diakonessenhuis geopend. Het zorgcentrum beschikt over vier kamers elk met een eigen keuken, waar familieleden hun zieke familielid kunnen bezoeken en zelfs kunnen koken.
Fonds
Hoewel het hospice nu draait, blijft toegang een probleem voor mensen met beperkte middelen, omdat de zorg niet wordt vergoed door verzekeraars en hierdoor slechts geldt voor mensen die goed in de centen zitten. “Dat is dan niet eerlijk”, stelt Popken.
Zij benadrukt dat palliatieve zorg veel meer is dan medische behandeling. “Het gaat om pijnbestrijding, comfort en het verbeteren van de kwaliteit van leven in de laatste fase. Daarom hebben we het ‘Hospice Verblijffonds’ opgericht en besloten we met een steptocht geld in te zamelen voor mensen die het niet kunnen betalen.”
(lees verder onder de foto)

Drie jaar geleden haalden ze al geld op voor de hospice door van Haarlem in Nederland naar Santiago in Spanje te steppen. De overgang van het koude Nederland naar het bloedhete Suriname was bepalend voor zorgvuldig plannen van de route en de tijden. De route werd met hulp van Etto Paulus van ‘Fietsen in Suriname’ uitgestippeld. “Het verkeer viel mee bij het steppen, maar de hitte maakte de tocht zwaar. We vertrokken daarom tussen zes en half zeven ’s morgens.”
Tijdens de tocht bezochten ze zorginstellingen zoals het ziekenhuis in Albina en de RGD-poliklinieken te Tamanredjo en Lelydorp om bewustwording te creëren. “We hebben folders achtergelaten en verteld waarom het fonds zo belangrijk is. Mensen zagen de waarde van het hospice en doneerden spontaan, zoals bij Libi Makandra en zelfs bij de golfclub.”
Levendig houden
De steptocht mag er dan wel op zitten, maar daarmee stopt het werk van de verpleegkundigen niet. “We blijven zorginstellingen bezoeken om meer aandacht te krijgen voor palliatieve zorg en om het belang van samenwerking te benadrukken”, vertelt Popken.
Ze willen in 2025 samen met het EFS College Covab, het opleidingsinstituut van zorgwerkers en verpleegkundigen, een groot symposium organiseren. “Hoe meer mensen weten wat palliatieve zorg inhoudt, hoe toegankelijker die voor iedereen wordt”, besluit Popken.