Minister Ori: ‘Belangrijk om te investeren in hoger onderwijs’

Onderwijsminister Henry Ori (staand) maakte via zijn presentatie duidelijk dat er meer hoger opgeleiden nodig zijn in Suriname. Achter de tafel onder anderen Jane Kolf-Bergraaf, Dweight Warsodikromo en Robby Holband.
Shoeket logo

Bron: De Ware Tijd

4 September 2024 05:50

Voor mij lezen

Tekst en beeld Valerie Fris

PARAMARIBO — “Met een beroepsbevolking van 330.000 zijn slechts zestigduizend tot tachtig duizend mensen hoger opgeleid. Het is een complexiteit van samenhangende factoren waarom het aantal niet meer is.” Zo sprak minister Henry Ori van Onderwijs, Wetenschap en Cultuur dinsdag tijdens een persconferentie in het Cenasu-gebouw, waarbij hij het beleid en het verloop van het academische jaar van het hoger onderwijs belichtte.

Ori benadrukte het belang om te investeren in hoger onderwijs. Hij grapte nog dat er misschien meer baby’s moeten worden geboren om op lange termijn meer hoger opgeleide mensen in Suriname te hebben.

“Ik zie in het systeem soms één docent op vier instituten lesgeven en vraag me dan af hoe die het doet”

Hoger kader vereist

Mildred Ramautar, directeur Hoger- en Wetenschappelijk Onderwijs op het ministerie, stelde dat het studiebeleid verder moet worden ontwikkeld. Er is weinig data beschikbaar bij het wetenschappelijk onderwijs. “Middels data kunnen wij werken aan onze nationale ontwikkelingsdoelen”, zei Ramautar.

Door wetten die in de maak zijn, zoals de wet op Hoger Onderwijs, is het wenselijk dat opleidingen allemaal worden geaccrediteerd. “Willen we kritische burgers met analytisch denkvermogen hebben, dan moeten we nog meer hoger opgeleide mensen hebben. Er zijn ook heel veel mensen nodig met een PhD-graad.” Het is de bedoeling om in 2025 een overlegorgaan voor hoger onderwijs in te stellen.

Ramautar sprak ook over buitenlandse beurzen die ter beschikking worden gesteld. “Er is een maatschappelijke realiteit dat het aantal en het soort beurzen niet altijd aansluit bij de maatschappelijke behoefte. Daar moet goed naar worden gekeken.”

Minder inschrijvingen

Tijdens de persconferentie hielden alle directeuren van de hogere onderwijsinstellingen – Anton de Kom Universiteit, Polytechnic College (PTC), Academie voor Hoger Kunst- en Cultuuronderwijs (AHKCO), Conservatorium Suriname, Lobo en het Instituut voor de Opleiding van Leraren een presentatie, waarbij onder meer informatie werd verschaft over het aantal ingeschreven studenten en afgestudeerden. Opvallend was de terugval in het aantal inschrijvingen.

Volgens Ori is niet duidelijk waaraan die ligt, maar het zou kunnen komen omdat “Suriname een heel moeilijke tijd doormaakt”. Hij doelde op de slechte financieel-economische situatie, waardoor studenten moeilijk het collegegeld kunnen opbrengen en geld voor het materiaal dat nodig is bij de studie.

Uitdagingen

De directeuren bleeven ook stilstaan bij de uitdagingen. Zo gaf Jane Kolf-Bergraaf van de AHKCO aan dat het gebouw van de instelling aan de Waterkant dringend aan renovatie toe is. “Het balkon bijvoorbeeld kan zo instorten dus er moet dringend wat aan worden gedaan”, schetste ze de ernst van de situatie. “Gelukkig hebben wij de toezegging van de mensen van het Purp om het gebouw te renoveren.”

Door tekort aan docenten bij het hoger onderwijs moeten bij sommige instellingen parttime docenten worden ingezet. “Ik zie in het systeem soms één docent op vier instituten lesgeven en vraag me dan af hoe die het doet. Raken ze niet overspannen? Maar ik bewonder ze wel”, zei Ori. Volgens hem zou het een “hopeloze situatie” zijn als de parttimers er niet waren.

Een andere uitdaging – maar dan voor de studenten – is de financiering van de studie. Op PTC heeft ruim 64 procent van de studenten een interne financiering genomen voor het collegegeld, terwijl slechts 5 procent dit via de Nationale Ontwikkelingsbank (NOB) doet.

Ori stelde dat hoewel de situatie niet altijd even wenselijk is, het ministerie probeert te doen wat het kan. In de staatsbegroting staat SRD 4,3 miljard voor Onderwijs, wat niet genoeg is. “Maar wat je niet hebt, kan je helaas niet uitgeven”, beseft de minister.

AHKCO-directeur Jane Kolf-Bergraaf (staand) ging in op de uitdagingen binnen de opleiding. Ook te zien minister Henry Ori en de directeuren Robby Holband (m) en Dweight Warsodikromo (l).
Bekijkt origineel bericht ⇒

Meer actueel