door Ivan Cairo
PARAMARIBO — Verschillende organisaties en personen in Nederland protesteren tegen de eventuele aanwezigheid van Martin Bosma, voorzitter van de Tweede Kamer, bij de jaarlijkse herdenking van de afschaffing van de slavernij. In een brief roepen een groep van 150 personen en 35 organisaties met klem de Tweede Kamer der Staten-Generaal, de Gemeenteraad van Amsterdam en het NiNsee op om te voorkomen dat de herdenking op 1 juli aanstaande wordt onteerd door Kamervoorzitter Bosma. De groep, onder de naam ‘Coalitie voor een Waardige 1 juli Herdenking’, stelt in de brief dat de aanwezigheid van de huidige Kamervoorzitter de plechtigheid onteert vanwege zijn racistische uitlatingen over Afro- en Inheems-Caribische Nederlanders. Het verzoek: stuur een vervanger, stuur iemand die het meent.
“Geschokt en verontwaardigd hebben wij kennisgenomen van het voornemen om de huidige voorzitter van de Tweede Kamer een krans te laten leggen op 1 juli 2024. De functie en de persoon kunnen hier niet los van elkaar worden gezien. Martin Bosma is bekend om zijn racistische ideologie en zijn beledigende uitlatingen jegens Afro-Caribische Nederlanders. Wij veroordelen deze schending van 1 juli 2024: de afsluiting van het herdenkingsjaar van de afschaffing van de slavernij. Met klem vragen wij uw Kamer om zich hier te laten vertegenwoordigen door uw vicevoorzitter”. Zo begint de brief aan de Tweede Kamer.
Het is volgens de briefschrijvers belangrijk dat hoogwaardigheidsbekleders eer bewijzen aan dit plechtige moment. Als erkenning van het aandeel dat de Nederlandse Staat in dit onrecht heeft gehad en de welstand die het Nederland heeft opgeleverd. Als impuls om te werken aan een samenleving die vrij zal zijn van discriminatie. “De verschillende voorzitters van de Tweede Kamer hebben altijd het respect voor de betekenis van deze dag in woord en in persoon uitgedragen. Dit heeft bijgedragen aan erkenning, en aan verbinding in een gedeeld verleden en een gedeelde toekomst. Het heeft bijgedragen aan het land dat wij met elkaar willen zijn”, luidt een passage uit de brief.
Traditie
Traditioneel leggen de voorzitters van de Eerste en de Tweede Kamer op 1 juli een krans namens de Nederlandse volksvertegenwoordiging. Deze eerbetuiging op Keti Koti-dag is voor de gemeenschap van Afro- en Inheems-Caribische Nederlanders belangrijk omdat daaruit erkenning spreekt voor het toegebrachte leed. De bundeling vindt dat in het geval van deze Kamervoorzitter persoon en functie niet los van elkaar kunnen worden gezien. De reputatie van racisme door deze Bosma maakt dat zijn aanwezigheid door de Afro- en Inheems-Caribische gemeenschap als “een intense belediging wordt ervaren”.
Reputatie Bosma
Bosma verspreidde onder andere racistische omvolkingstheorieën, sprak in het kader van het herdenkingsjaar over ‘slavernijgedram’, ‘anti-blank racisme’, en over ‘propaganda en indoctrinatie’ ten aanzien van het slavernijverleden. Hij pleitte tegen de rehabilitatie van de verzetsheld Tula en noemde Tula een ‘racistische moordenaar’. Ook pleit Bosma’s PVV ervoor om de excuses voor het slavernijverleden in te trekken die namens de Nederlandse Staat op 19 december 2022 door premier Rutte zijn uitgesproken. Ook is onlangs duidelijk geworden dat Bosma nauw betrokken is bij een nieuwe apartheidsbeweging in Zuid-Afrika. Dat is volgens de bundeling in strijd met de trots van Nederland op zijn steun aan de vrijheidsstrijder Nelson Mandela.
Herdenkingsjaar
Daarnaast stelt de Coalitie dat de aanwezigheid van Bosma des te pijnlijker is in het herdenkingsjaar van 160 jaar afschaffing van de Slavernij. Bosma’s PVV pleit immers ook voor het intrekken van de door de premier Rutte in 2022 aangeboden excuses voor de rol van de Nederlandse Staat in de slavernij. De kranslegging door Kamervoorzitter Bosma met zijn reputatie van racisme, op de dag dat het leed wordt herdacht dat dit politieke systeem heeft teweeggebracht, betekent een verdere normalisering van racistische opvattingen en uitingen in de maatschappij. Deze daad wordt hiermee een politiek statement dat een lachtertje maakt van het in de Nederlandse Grondwet verankerde mensenrecht van non-discriminatie, aldus de briefschrijvers.
Politiek
Nadat bekend werd dat Bosma een krans zou leggen werd vanuit verschillende hoek geprotesteerd. Tegenstanders werd gevraagd de zaak niet op de spits te drijven. “Ons wordt gevraagd om deze zaak niet politiek te maken. Wij nemen met kracht afstand van deze benadering. Deze zaak is politiek. Slavernij was een politiek systeem van wetten en beleid. De gevolgen hiervan zijn vandaag nog voelbaar”, staat in de brief. Verder wordt aangegeven dat de kranslegging door Kamervoorzitter Bosma met zijn reputatie van racisme, op de dag dat het leed wordt herdacht dat dit politieke systeem heeft teweeggebracht, een verdere normalisering van racistische opvattingen en uitingen in de maatschappij betekent.-.