Na vier jaar mag worden geconcludeerd dat het aantrekken van kapitaal en deskundigheid uit de diaspora grondig is mislukt. President Chandrikapersad Santokhi is er niet in geslaagd zijn woorden van 2020 om te zetten in daden. Het staatshoofd heeft het vertrouwen niet kunnen winnen van de mensen van Surinaamse origine in den vreemde. Bovendien had hij totaal geen goed oog voor het aantrekken van integere deskundigen uit de diaspora, met de recente zeperd rond Qualogy-baas Paul Mehilal als zoveelste trieste voorbeeld.
Tekst Armand Snijders
Beeld dWT archief & CDS
Mensen uit de overzeese diasporagemeenschap zouden vast en zeker bereid zijn om met hun geld en kennis Suriname te helpen trekken, wist Santokhi tijdens de verkiezingscampagne voor 2020 de kiezers wijs te maken. Hij baseerde zich op de enthousiaste verhalen die hij tijdens zijn bezoeken in Nederland had gehoord en die mede de reden waren voor veel kiezers hun stem aan de VHP te geven.
“De diaspora wilden eerst vooral de kat uit de boom kijken en er zeker van zijn dat ze geen kat in de zak zouden kopen door deze regering te steunen”
De realiteit bleek echter weerbarstiger: de diaspora wilden eerst vooral de kat uit de boom kijken en er zeker van zijn dat ze geen kat in de zak zouden kopen door deze regering te steunen. Weliswaar benoemde hij Rajendre Khargi, een lid van de diasporagemeenschap tot ambassadeur in Nederland.
Die stap wekte echter bevreemding omdat het zeer ongebruikelijk is dat een ambassadeur wordt aangesteld die nauwelijks nog banden heeft met het land dat hij moet vertegenwoordigen. Maar hij behoorde tot de inner circle van het staatshoofd, waar deze later veel vaker uit zou putten. Dat Khargi nauwelijks diplomatieke ervaring had, was voor de nieuwe president geen bezwaar. Binnen de Nederlandse diasporagemeenschap had men echter de nodige twijfels.
Kat uit de boom
Terwijl de diaspora nog steeds de kat uit de boom aan het kijken waren, bakte Santokhi het al snel bruiner door de steeds meer aan het licht komende family and friends-politiek, dat het handelsmerk van deze regering zou worden. Toen hij vervolgens in september 2021 tijdens een werkbezoek aan Nederland volledig onderuit ging in het televisieprogramma ‘College Tour’, haakten de toch al twijfelende diaspora definitief af. Hij had geen duidelijk antwoord op vragen over de vele familieleden en vrienden die hij had aangesteld en liet zich inpakken door de voornamelijk (Nederlands-)Surinaamse studenten die hem het vuur na aan de schenen legden.
Met zo eenn president wensten de Surinamers overzee absoluut geen zaken te doen, dus het was einde verhaal wat de gehoopte diaspora-investeringen betrof. Dat wist Santokhi, maar toch ging hij onverdroten voort met de uitvoering van de door hem gewenste diasporastrategie.
Hij riep het Diaspora Instituut Suriname en Diaspora Instituut Nederland in het leven en er kwamen in Nederland zelfs een Diasporafonds en Diasporabank, waarvan tot op de dag van vandaag onduidelijk is wat ze doen en vooral hoeveel ‘fondsen’ op de ‘bank’ zijn gezet. Om het allemaal nog ingewikkelder te maken, werd onder leiding van huidig onderwijsminister Henry Ori de commissie Diasporakapitaal opgezet. Hoeveel kapitaal deze commissie heeft losgepeuterd, is onbekend.
“Santokhi had vier jaar geleden de diasporazaken veel te rooskleurig voorgesteld“
Hoofdrolspelers in de SLM-affaire
Het Diasporafonds wordt in Nederland overigens geleid door Santokhi’s mati Robby Makka en heeft ook Ron Wijnstekers en Robby Bhoendie in het bestuur zitten. Wijnstekers maakt in tegenstelling tot Makka en Bhoendie – weliswaar geen deel uit van de diaspora, maar behoort wel tot de presidentiële kliek en is adviseur van het staatshoofd. In die hoedanigheid heeft hij in augustus 2022 het straatje van de hoofdrolspelers in de SLM-affaire – onder wie Santokhi en de gevluchte directeur Paul de Haan – getracht schoon te vegen. Wijnstekers concludeerde op basis van een eigen onderzoek in opdracht van Santokhi dat er niets was gebeurd dat niet door de beugel kon en gooide daarmee zijn eigen naam als accountant te grabbel.
De naam van Bhoendie dook in deze SLM-zaak veelvuldig op omdat hij voor een habbekrats het kantoor van de SLM in Rotterdam zou hebben gekocht, waar de Haan en Santokhi toestemming voor zouden hebben gegeven. Het gerechtelijk vooronderzoek dat in januari 2023 in de fraudezaak rond de SLM is gestart, is nog altijd niet afgerond.

De grootste misser van Santokhi was in deze kwestie echter dat hij Prenobe Bissessur – eveneens afkomstig uit bevriende diasporakringen – voor veel geld als consultant had laten aantrekken voor de SLM. Bissessur stond al op de loonlijst als adviseur op het Kabinet van de President, en nam ondanks een uitreisverbod de benen naar Nederland in navolging van de Haan, om zo eventuele vervolging te voorkomen.
Xaviera Jessurun
Bhoendie en Bissessur waren overigens niet de enigen die door Santokhi aan een lucratieve baan geholpen werden bij de SLM, ook Xaviera Jessurun werd uit zijn family and friends-vijver gevist; zij mocht – zonder aantoonbare ervaring – als president-commissaris helpen orde te brengen in de chaos bij de staatsonderneming. Maar binnen een half jaar had ze zichzelf aan de hand van de Haan onmogelijk gemaakt bij het personeel, de bond en bij de rest van de raad van commissarissen. Daardoor restte voor Santokhi niets anders dan Jessurun haar congé te geven.
Maar kennelijk wilde hij haar niet echt kwijt: eind vorig jaar dook zij opeens op in Dubai, waar ze heen was gereisd in een omvangrijke delegatie tijdens een milieumissie, waar Santokhi eveneens deel van uitmaakte. Kennelijk vond de president het geen enkel bezwaar dat haar rol in de SLM-zaak nog onduidelijk is geweest doordat het gerechtelijk vooronderzoek nog niet is afgerond. Overigens is het nog altijd onduidelijk in welke hoedanigheid ze op het vliegtuig naar Dubai was gestapt. Is ze een goedbetaalde adviseur en zo ja: wat doet ze daarvoor?
Opzichtig de mist in
Santokhi strijkt vaak zijn hand over het hart als het om diasporamensen gaat, getuige de vele missers bij diverse aanstellingen. Recentelijk kwam aan het licht dat Paul Mehilal, eigenaar van het bedrijf Qualogy, jaren terug door een Nederlandse rechter is veroordeeld omdat hij een ministerie had opgelicht. Voor Santokhi was dat echter geen enkele belemmering om zijn mati te benoemen tot zijn beleidsadviseur én tot voorzitter van de E-GOV.
Bij de benoeming van de directeur van de Belastingdienst ging de president opzichtig de mist in: Ismaël Kalaykhan bleek na ruim twee jaar helemaal niet benoemd te kunnen zijn als directeur, maar opereerde formeel als consultant in die functie, zo onthulde de Ware Tijd destijds. Santokhi wist dit maar al te goed en verzweeg dit doelbewust. Uiteindelijk moest deze binnengehaalde ‘diaspora-expert’ het veld ruimen.
Heel veel mensen uit de diasporagemeenschap voelen er door al deze mislukkingen weinig voor om hun schepen in het buitenland te verbranden en met al hun kennis naar het instabiele Suriname te komen. Áls ze daar al toe bereid zouden zijn, want de meeste deskundigen geven aan dat ze het land waar hun roots liggen, graag bezoeken. Maar er gaan wonen, is een heel ander verhaal. Wat dat betreft had Santokhi vier jaar geleden de diasporazaken veel te rooskleurig voorgesteld.
