Schuldherschikking

MINISTER ALBERT RAMDIN van Buitenlandse Zaken, International Business en Internationale Samenwerking (Bibis) heeft tegenover de Communicatiedienst Suriname (CDS) ontkend dat de herschikking van de schuld van ruim een half miljard US dollar – die Suriname bij China heeft – nog niet rond is. Althans, hij heeft verklaard dat de formele ondertekening van de schuldherschikking met China “op korte termijn” zal plaatsvinden.

Diverse lokale media, inclusief de Ware Tijd, en tal van deskundigen hadden de afgelopen dagen gemeld dat er nog geen definitieve overeenkomst is getekend. Zij baseerden zich op een gezamenlijke verklaring van beide landen, waaruit dat bleek. ‘Beide staatshoofden bevestigden in hun statements de afronding en ondertekening van de notulen met betrekking tot de schuld herschikkingsovereenkomst. Overeengekomen is om de administratieve afhandeling zo spoedig mogelijk te arrangeren, hetgeen een formalisatie van hetgeen thans is overeengekomen behelst’, zo luidde het bericht.

Je hoeft geen universitaire studie te hebben doorlopen om te begrijpen dat de notulen die zijn ondertekend geen overeenkomst bevatten. En dat er nog een administratieve handeling moet plaatsvinden voordat het eindelijk zo ver is. Toch zegt Ramdin dat alles in kannen en kruiken is. “Wij hebben de schuldherschikking op politiek niveau afgetekend en herbevestigd. Op technisch niveau is die al sinds december 2023 afgerond”, stelt hij tegenover de CDS.

Maar het is onduidelijk wat hij precies met ‘afgetekend en herbevestigd’ bedoelt. In ieder geval geen definitieve overeenkomst. Waarvan je zou mogen verwachten dat president Chandrikapersad Santokhi, die zich ruim drie jaar lang hard heeft gemaakt om een deal binnen te slepen, persoonlijk voor de ogen van de meegereisde Surinaamse camera’s zijn handtekening zou zetten.

Dat de schuldherschikking al in december 2023 – toen Ramdin ook al naar China reisde – op technisch niveau zou zijn afgerond, zou ook nieuws zijn geweest wat nooit is meegedeeld. De resultaten van die trip, die hij maakte in de overtuiging dat hij daar definitieve afspraken zou kunnen maken – zo zei hij vooraf – zijn later nooit meegedeeld aan de samenleving, dus ook niet dat het op technisch niveau zou zijn afgerond.

Voorafgaand aan het recente staatsbezoek van Santokhi werd opnieuw de indruk gewekt dat nu alles gereed was om te tekenen. Het zou zelfs een hoogtepunt moeten worden tijdens het bezoek en de kroon op het werk de president. Maar die ondertekening bleef uit, naar verluidt omdat Suriname (lees: Bibis en Financiën en Planning) zijn huiswerk onvoldoende had gedaan en het technisch ondermaats had voorbereid.

Dat Ramdin nu zegt dat de formele ondertekening van de schuldherschikking “op korte termijn” zal plaatsvinden, zegt eigenlijk genoeg, zo niet alles. Er moeten nog handtekeningen worden gezet, ook al wil hij tegelijkertijd doen geloven dat dit niet zo is. Daarmee probeert hij iedereen op het verkeerde been te zetten en verwarring te scheppen. Hij heeft in het weekend – als de delegatie terugkeert in Suriname – in ieder geval heel wat uit te leggen.