Ruim twintig jaar nadat hij in 2004 door het Openbaar Ministerie (OM) officieel als verdachte werd aangemerkt van meervoudige moord slaakt Edgar Ritfeld (75) een zucht van verlichting. Er valt een enorme last van zijn schouders. Na eerst op 19 november 2019 door de Krijgsraad integraal te zijn vrijgesproken voor de tenlastelegging, moet de staat Suriname dat eerherstel afronden met een publieke verontschuldiging en financiële schadevergoeding.
Tekst en beeld Ivan Cairo
Nog voordat hij was vrijgesproken, had Ritfeld aangegeven dat hij een rechtszaak tegen de staat zou aanspannen wegens de onrechtmatige vervolging. Hij voegde na de vrijspraak de daad bij het woord en op 12 maart werd de staat Suriname, vertegenwoordigd door het Openbaar Ministerie, veroordeeld tot het publiekelijk aanbieden van verontschuldigingen en het betalen van een schadevergoeding.
“De manier waarop de nabestaanden naar je keken… Als blikken konden doden waren we nu dood”
Echtgenote Rena Ritfeld
Hoewel het toewijzen van zijn vordering hem een zekere voldoening geeft, neemt dat de pijn die hij bijkans twintig jaar heeft geleden niet weg. De vernedering om door het leven te gaan als moordverdachte en dat mensen hem als zodanig behandelden waardoor veel economische ontplooiingskansen hem zijn ontnomen, is niet in geld uit te drukken. Een officiële verontschuldiging van de staat neemt de immateriële schade, het morele leed, niet weg.
Wat hem al die tijd mede overeind heeft gehouden, is de niet aflatende morele en soms financiële steun van naaste familieleden die wisten waar hij zich in de nacht van 7 op 8 december 1982 bevond. Samen met andere familieleden was hij thuis bij zijn jongere zus om haar ‘bigi yari’ in te luiden, want ze werd dertig jaar.
Echtgenote
Hij putte ook kracht uit de steun die hij van zijn echtgenote, Rena Ritfeld-Welch, kreeg. “Je schrikt ervan”, zegt ze over het moment dat de eerste oproeping van het Openbaar Ministerie aan haar man werd uitgereikt om tijdens het gerechtelijk vooronderzoek als verdachte te worden gehoord.
Toen Ritfeld haar, nadat ze elkaar jaren geleden hadden leren kennen, over zijn militair verleden vertelde en dat hij niet betrokken was bij de Decembermoorden geloofde ze hem meteen op zijn woord. Ze leerden elkaar een aantal jaren na de Decembermoorden kennen en Ritfeld vertelde over zijn periode in het leger en hoe en waarom hij daar wegging: vanwege de Decembermoorden. “Ik geloofde hem. Het was gewoon skin firi dat hij de waarheid sprak.”
Ze voelde zich daarom “enorm beledigd” toen de rechtszaak bij de Krijgsraad in november 2007 te Boxel begon en haar echtgenoot als één van de meer dan twintig verdachten werd gedagvaard door het Openbaar Ministerie. “Als het aantoonbaar was bewezen dat de persoon er niet bij was, waarom is hij niet van de verdachtenlijst gehaald?” vraagt ze.
Wat ze ook pijnlijk vond waren de strafzittingen wanneer ze aanwezig was om haar man moreel te ondersteunen. “De nabestaanden van de slachtoffers zaten in één rij en de familieleden van de verdachten in een andere rij. De manier waarop de nabestaanden naar je keken… Als blikken konden doden waren we nu dood”, zegt ze.
Vooral de houding van een bepaalde nabestaande vond ze stuitend. Die maakte tyuri als familieleden van de verdachten in zijn buurt kwamen. “Die man was wel heel grof, terwijl anderen gewoon groetten”, herinnert Ritfeld-Welch zich. Vanaf november 2007 was haar echtgenoot trouw op elke strafzitting aanwezig.
Verdachtenlijst
Daags na de moorden hield Desi Bouterse, toenmalig legerleider en latere hoofdverdachte van de Decembermoorden, in de Memre Boekoe-kazerne een bijeenkomst met de officieren om hen te informeren wat zich in het Fort Zeelandia had afgespeeld. Althans, hij vertelde dat vijftien opgepakte mannen door militairen waren doodgeschoten.
Bouterse riep daarbij ook de namen af van een aantal officieren die uit het leger zouden worden gezet. Ritfeld, destijds luitenant, die de bijeenkomst had bijgewoond, stond gelijk na de mededeling van Bouterse op en gaf aan dat zijn naam ook aan de ontslaglijst mocht worden toegevoegd. Hij wilde niks te maken hebben met de moorden. “Desi schrok toen ik dat zei. Hij vroeg toen aan de aanwezige militairen: ‘zijn er nog meer mensen die eruit willen?’” haalt Ritfeld zich dat moment weer voor de geest.
“Je wordt niet aangetrokken omdat men veronderstelt dat je betrokken bent bij de 8 decembermoorden”
Edgar Ritfeld
Hij heeft vanaf het moment dat hem bekend werd dat hij verdachte was er alles aan gedaan om van de verdachtenlijst te worden gehaald. Nog voordat hij officieel als verdachte was aangemerkt, hoorde hij dat tijdens een nieuwsuitzending bij Radio 10. Hij maakte contact met het station en gaf in de daaropvolgende nieuwsuitzending aan dat hij nimmer betrokken kan zijn geweest bij de Decembermoorden omdat hij een sluitend alibi heeft waar meerdere mensen over konden getuigen.
Ook na het gerechtelijk vooronderzoek volhardde het OM om zijn naam op de lijst te houden en vervolgens de Krijgsraad. Bij zijn echtgenote is er geen begrip voor het standpunt van de Krijgsraad dat haar man op basis van een collectieve tenlastelegging wordt vervolgd en derhalve tot het einde van de strafzaak als verdachte zal gelden en worden behandeld.
Steun nabestaanden
Ritfeld memoreert dat hoewel veel mensen hem met de nek begonnen aan te kijken, familie van twee slachtoffers hem te kennen gaven ervan overtuigd te zijn dat hij niet was betrokken bij de moordpartij. Bij de strafzitting te Boxel liep Henri Behr, broer van de doodgeschoten journalist Bram Behr naar hem toe en schudde hem de hand met de woorden: “ik weet dat je de waarheid spreekt”.
Ook Henk Kamperveen, zoon van de doodgeschoten media-eigenaar en ex-minister André Kamperveen, gaf te kennen over eigen informatie te beschikken dat Ritfeld geen aandeel had in de moorden. “We hebben onze eigen informatie dat je er niet bij was”, hield Kamperveen hem na aanvang van het strafonderzoek voor toen ze eens een potje voetbal tegen elkaar speelden bij Sosis.
Hoe hij op de verdachtenlijst kwam, is Ritfeld nog steeds een raadsel. Tijdens het onderzoek van het Openbaar Ministerie kwam informatie naar boven dat hij samen met Etiënne Boerenveen het latere slachtoffer Surindre Rambocus uit de cel in de Memre Boekoe-kazerne had gehaald en overgebracht naar Fort Zeelandia waar de moorden kort daarna plaatsvonden. Een pertinente onwaarheid bleek het, want Ritfeld had een alibi. Hij was op het owru yari-feestje van zijn jongere zus en kon dus niet op twee plaatsen tegelijk zijn. Echter, het OM had daar geen oren naar en volhardde in het handhaven van hem als verdachte.
Impact: VS en Nederland
Ritfeld beschrijft wat hij door de jaren heen heeft moeten doorstaan vanwege zijn status als verdachte. Zijn twee zonen wonen in de Verenigde Staten (VS) en hij en zijn echtgenote gingen daar vaker op vakantie. Hij heeft diverse keren visa van vijf of tien jaar van de VS gekregen. Op 25 februari 2015 kwam daar verandering in.
Ritfeld kreeg daags daarvoor een telefoontje van de Amerikaanse ambassade om met zijn paspoort naar de ambassade te komen. Nietsvermoedend ging hij er naartoe. “Het was 25 februari, een nationale vrije dag. Speciaal voor mij was de ambassade open.” Daar aangekomen werd hem gevraagd zijn paspoort af te geven. Na enige tijd kreeg hij dat terug en constateerde hij dat het visum dat hij al enige tijd had was gecanceld. Zonder opgaaf van redenen.
Er werd in het paspoort verwezen naar een Amerikaans wetsartikel. Zijn echtgenote googelde het artikel en toen bleek dat het te maken had met vuurwapengevaarlijke redenen. “Plotseling was hij vuurwapengevaarlijk en staatsgevaarlijk”, zegt Ritfeld-Welch. Het echtpaar vermoedt dat de handeling van de ambassade het gevolg was van het feit dat hij verdachte was van de Decembermoorden. “Ik geef alleen maar aan wat voor schade ik heb geleden.”
Bij Nederland gebeurde het tegenovergestelde. Bij wijze van spreken werd de rode loper voor hem uitgerold bij bezoek aan Nederland. Vanwege het feit dat hij oud-militair van de Troepenmacht in Suriname (Tris) is, heeft hij slechts een stempel nodig bij voorgenomen bezoek aan Nederland. Bij een bezoek eens aan dat land in de periode van de 100 procentcontrole te Schiphol op vluchten uit Suriname werden Ritfeld en zijn vrouw uit de rij van aangekomen passagiers uit Suriname gehaald. Hij mocht zonder te zijn onderworpen aan enige controle doorlopen om zijn bagage te halen.
Achteraf kwam hij erachter dat hij die voorkeursbehandeling had gekregen omdat de Nederlandse autoriteiten op de hoogte waren van de informatie dat hij daags na de Decembermoorden vrijwillig uit het Nationaal Leger was gestapt omdat hij geen enkele betrokkenheid bij die misdrijven wilde hebben. Terwijl van ex-Tris-militairen die gelieerd waren aan de toenmalige legerleiding de suppletie van de Nederlandse overheid als gevolg van de Decembermoorden werd stopgezet, hoefde Ritfeld slechts een brief te schrijven en zijn suppletie werd doorbetaald. Die is nu overgegaan in pensioen.
Pijn en vernederingen
Ritfeld beschrijft ook de vele kansen op de arbeidsmarkt die hem zijn ontnomen vanwege zijn vermeende betrokkenheid bij de Decembermoorden. Hij had eens gesolliciteerd voor een functie als bankbeveiliger. Hij kwam door de selectieprocedure heen en zou een maandag aan de slag gaan. Echter, de vrijdag daarvoor kreeg hij een telefoontje dat hij niet mocht worden aangenomen. Er werd geen reden opgegeven omdat de persoon die hem de mededeling deed daar geen informatie over had of mocht geven.
De pijn over deze “vernederingen” gaat niet weg zegt de ex-militair. “Je wordt niet aangetrokken omdat men veronderstelt dat je betrokken bent bij de 8 decembermoorden.” De geestelijke pijn is van blijvende aard. Vanwege de stress kreeg hij gezondheidsklachten waarvoor hij tot de dag van vandaag medicijnen moet slikken.
“De staat zal nu zijn braaksel moeten slikken en zeggen: ‘Sorry Ritfeld, we hebben een fout gemaakt toen'”
Advocaat Gerold Sewcharan
Hij memoreert dat hij van alles heeft gedaan om de vervolging te stuiten. Er zijn bezwaar- en verzoekschriften naar het OM en het Hof van Justitie gestuurd. In één geval stapte Ritfeld naar het hof om gedaan te krijgen dat de strafzaak die op een bepaald moment door de Krijgsraad was opgeschort te hervatten. Zijn vordering werd toegewezen en de Krijgsraad werd opgedragen de zaak tegen hem en alle andere verdachten te hervatten.
Ook toen de toenmalige regering van Bouterse met een Amnestiewet kwam om de verdachten van strafvervolging te ontslaan, kwam Ritfeld in het geweer. Hij wilde geen amnestie voor iets dat hij niet had gedaan. Ritfeld wilde een uitspraak van de rechter. Hij wilde vrijspraak, niets anders.
Advocaat
De ex-militair werd in zijn strijd juridisch bijgestaan door advocaat Gerold Sewcharan. “Ik was zijn advocaat, maar de beslissing van wat we deden was bij Ritfeld”, zegt de strafpleiter.
Ritfeld was aanvankelijk niet van plan om een advocaat in de arm te nemen. Hij ging ervan uit dat aangezien hij geen enkele betrokkenheid had bij de Decembermoorden, de justitiële autoriteiten daar wel achter zouden komen tijdens hun onderzoek.
Echter, hij werd op een bepaald moment door Chas Mijnals geadviseerd wel een advocaat in de arm te nemen, omdat het om een zeer ernstige beschuldiging ging en professionele juridische bijstand noodzakelijk was. Sewcharan merkt op dat zijn cliënt vanaf 2004 toen het gerechtelijk vooronderzoek begon tot de vrijspraak in 2019 werd vervolgd voor één van de ergste vormen van misdrijven: meervoudige moord en foltering.
Echter, met de vrijspraak kreeg Ritfeld geen volledig eerherstel. “Het herstel houdt in dat de staat ter verantwoording moest worden geroepen en dat ze ook gehouden wordt om hem schadeloos te stellen, want hij heeft als mens geleden onder die beschuldiging.”
Naast het immateriële leed heeft Ritfeld, aldus Sewcharan, ook materiële schade geleden. “Want hij heeft gezien hoe zijn inkomen al die jaren met sprongen achteruitging.” In Suriname bestaat de mogelijkheid dat indien een vervolging eindigt in vrijspraak, de voormalige verdachte de staat Suriname aansprakelijk mag stellen voor alle schade, zowel de materiële als de immateriële.
Schadevergoeding en excuses
Echter, het geval van Ritfeld is uniek, omdat tijdens de periode van vervolging zijn vrijheid hem niet was ontnomen. “Dus alhoewel Ritfeld zijn vrijheid heeft behouden – er was geen sprake van vrijheidsbeneming – hebben wij toch gezegd dat de staat naar hem toe een onrechtmatige daad heeft gepleegd door hem ten onrechte te beschuldigen en vervolgen voor die ernstige misdrijven.”
Het is uniek, vult de advocaat aan, dat ondanks dat er geen sprake was van vrijheidsbeneming de staat toch is veroordeeld om een schadevergoeding te betalen. Hij is ook veroordeeld om publiekelijk verontschuldigingen aan te bieden. Dat moet gebeuren bij drie radiostations, in drie dagbladen en bij drie tv-stations. “Deze zaak werd breed uitgemeten in de media. Ritfeld werd door het strafproces aan de schandpaal genageld. Zo zal de staat nu haar braaksel moeten slikken en zeggen: ‘Sorry, Ritfeld, we hebben een fout gemaakt toen en nu zeggen we inderdaad sorry aan je.”
De rechter heeft de volledige vordering van Ritfeld inclusief de hoogte van de schadevergoeding toegewezen. “Alle bedragen en excuses zijn toegewezen precies zo als we die hebben gevraagd.” De rechter heeft namelijk overwogen hoe ernstig zij deze kwestie heeft gevonden en de impact die het heeft gehad op Ritfelds leven.
“Nog daargelaten dat de vordering niet is betwist overweegt de kantonrechter dat gelet op al hetgeen hiervoor is overwogen eiser ten onrechte als verdachte is aangemerkt, althans als verdachte aangemerkt is gebleven en vervolgd, terwijl vanaf het prille begin hij een alibi had tegenover die vage getuigenverklaringen. Voorts heeft eiser vanaf het begin en gedurende het hele proces alle hem ten dienste staande rechtsmiddelen gebruikt om de vervolging tegen hem te staken. De onrechtmatige daad van gedaagde jegens meneer Ritfeld is derhalve komen vast te staan alsook de daaruit voor eiser voortvloeiende schade. De door eiser gevorderde schadevergoeding zal derhalve als op de wet gegrond worden toegewezen nu deze aannemelijk is gemaakt”, luidt een passage uit het vonnis.
Wat betreft de excuses stelt de rechter dat de Decembermoordenzaak waarin Ritfeld als verdachte gold, zowel nationaal als internationaal een zodanige impact heeft gehad en tot nu toe heeft op vooral de Surinaamse samenleving, dat een vrijspraak bij vonnis zeker gelet op het ontbreken van bewijs vanaf het begin niet voldoende is om verloren jaren van genot te compenseren. Daarom werd de vordering voor een publieke verontschuldiging ook toegewezen. De magistraat stelde wel een maximum dwangsom van SRD 1 miljoen als de Staat in gebreke blijft om het vonnis uit te voeren.
Ritfeld heeft volgens zijn advocaat hard gestreden voor eerherstel. Hoewel hij een schadevergoeding heeft geëist voor de onrechtmatige vervolging is het voor Ritfeld niet makkelijk om het geld te accepteren wanneer dit zal worden uitbetaald. “Het gaat hier om moord waarvoor nu betaald zal worden. En dat maakt het moeilijk.” Een deel van de schadevergoeding zal Ritfeld, die nu zelfstandige ondernemer is, schenken aan sociale instellingen.
