“Ef wan man seki dan we siki tweemaal mek den sabi dat we weten over veiligheid. A san o heat ef den boi seki.” Dit zijn woorden van waarnemend president Ronnie Brunswijk afgelopen donderdag in De Nationale Assemblee (DNA). Brunswijk heeft tijdens deze vergadering, waar het veiligheidsvraagstuk werd besproken, zich specifiek gericht tot ouders van kinderen en een waarschuwing gestuurd naar alle criminelen. Hij verzekerde de samenleving dat de criminaliteit zal worden aangepakt.

“We gaan niet meer lachen.” Brunswijk riep alle ouders op om met hun kinderen te praten om geen criminele handelingen te plegen. Hij richtte zich vooral tot de moeders die de verliezers zullen zijn als hun zoon komt te overlijden.

“Vanaf morgen a tafra o drai. De politie gaat hard optreden en dat moet men niet zeggen dat de politie te hard optreedt”, sprak Brunswijk. Hij stelde dat de situatie moeilijk is, maar dat dit niemand het recht geeft om anderen die hard hebben gewerkt te beroven.

Hij riep ouders op hun kinderen te waarschuwen, omdat er een zero tolerance beleid gevoerd zal worden. Brunswijk vroeg om niet te bezuinigen op veiligheid, omdat dit ervoor kan zorgen dat de situatie erger wordt. Brunswijk had eerder in DNA aangegeven, dat er al vier jaar gesproken wordt over een veiligheidsplan, maar dat het nu tijd is om in actie te gaan. Hij beloofde dat het plan uitgevoerd zal worden en dat de politie zichtbaar zal zijn.

“Het moet een keer ophouden. Je gaat de criminaliteit niet tot nul kunnen beperken, maar je moet die kunnen beteugelen”, zei de waarnemend president. Hij vroeg dat alle controleposten versterkt worden, zodat de criminelen zien dat de regering geen grappen maakt. “Ef i no arki i go roof, sorry”, aldus Brunswijk.

Minister Stanley Raghoebarsing van Financiën en Planning er bijna SRD 3 miljard is begroot voor het ministerie van Justitie en Politie, maar dat het geld niet komt in de snelheid zoals de regering dat zou willen. Volgens de minister is er een concurrentie tussen de schulden en het lopend beleid dat nog uitgevoerd moet worden.

Volgens de bewindsman is er genoeg praktijkervaring binnen de regering om veiligheid het hoofd te bieden. “Dat geld is niet altijd even snel aanwezig als ministers dat willen en dat ligt niet aan de ministers”, zei Raghoebarsing.

De bewindsman gaf aan dat in februari, maart en de eerste week van april hij in totaal SRD 38,5 miljoen aan reçu’s heeft betaald voor het ministerie van Justitie en Politie. Hiernaast moet de minister ook nog SRD 86 miljoen krijgen aan achterstallige betalingen. Raghoebarsing vroeg de financiële deskundigen op de ministeries de ministers te helpen om financiële zaken af te wikkelen, omdat ministers geen financiële deskundigen zijn.