SURINAME IS EEN strategische partner voor China. Het land dat zichzelf een ontwikkelingsland noemt en toch een plek heeft in de groep van de machtigste landen in de wereld, heeft een bepaalde agenda ook. Daarom wil het in verschillende delen van de wereld zijn invloed aanwenden.
Suriname heeft in de afgelopen decennia flink gebruikgemaakt van de uitgestrekte hand van China. Het begon met de komst van Dalian, die zorgde voor geasfalteerde wegen en de ‘omhelzing’ werd inniger naarmate de nood van Suriname toenam.
Deze stap van de president toont ook dat de hoogste man in het land zich weinig aantrekt van De Nationale Assemblee (DNA), want deze leningenaanvraag en zeker de manier waarop die wordt aangepakt had eerst met DNA moeten worden besproken
Suriname is China en Chinese banken op dit moment meer dan vijfhonderd miljoen US dollar schuldig en al maanden wordt gezegd dat een schikkingsovereenkomst nabij is. Met het bezoek van president Chandrikapersad Santokhi aan China moeten zaken nog administratief worden afgehandeld.
Maar het staatshoofd is daardoor kennelijk in een optimistische bui, want terwijl de inkt van de handtekeningen onder de notulen, die de herschikking regelen, bij wijze van spreken nog niet is opgedroogd, vraagt hij naar meer. En hij vraagt niet alleen namens Suriname, hij vraagt ook namens Guyana. Dat is toevallig wel het land dat de soevereiniteit bedreigt door een deel van het grondgebied (Tigri) voor zichzelf te claimen.
De samenleving moet zich er heel goed van bewust zijn wat deze stap wil zeggen. Want hoewel Suriname en Guyana al enkele jaren bezig zijn de brug over de Corantijnrivier samen voor te bereiden, is de Corantijnrivier van Suriname, van oever tot oever. Wanneer nu, ook voor Guyana wordt gevraagd om financiering, dan is de brug kennelijk van beide landen.
Kan een brug die over het grondgebied van een land loopt deels eigendom van een ander land zijn? Het zijn vragen waarover ervaren diplomaten en internationaal recht deskundigen zich moeten buigen. Geen politici, die vooral hun politieke beloftes willen invullen om weer aan de macht te komen.
Voor de Chinezen is de financiering van zo een brug wel strategisch, zeker als wordt overeengekomen dat China zeggenschap krijgt over het beheer ervan. De brug past prima binnen het Belt and Road Initiative van China, want een brug vanuit Suriname, een land dat vrijwel geen vreemdelingenbeleid heeft, opent de weg naar de rest van Zuid- en Latijns-Amerika. Misschien is dat ook wat aan China is aangeboden bij de financieringsvraag.
Deze stap van de president toont ook dat de hoogste man in het land zich weinig aantrekt van De Nationale Assemblee (DNA), want deze leningenaanvraag – en zeker de manier waarop die wordt aangepakt – had eerst met DNA moeten worden besproken. Hetzelfde bazuinde de VHP van de daken toen oud-president Jules Wijdenbosch besloot om twee bruggen – en dan nog wel in het land – te bouwen.
De andere roep van de VHP bij de regering-Bouterse/Adhin was: ‘leen Suriname geen geld meer!’ Plots is die oproep nergens meer te horen en mag nu kennelijk volop worden geleend. Ook van een schudeiser aan wie Suriname nog miljoenen moet afbetalen. Het kan verkeren.