Suriname en Alcoa waarschijnlijk terug naar nulpunt

PARAMARIBO - Nu een deel van de inhoud van de nieuwe overeenkomst over het vertrek van Alcoa uit Suriname bekend is geworden, moet worden geconcludeerd dat na vier jaar onderhandelen deze kwestie mogelijk terug is gebracht naar het nulpunt. Dat is de opvatting van technische en energiedeskundigen.

Tijdens een discussie maandagavond georganiseerd door de Faculteit Technologische Wetenschappen van de Anton de Kom Universiteit is de focus gelegd op de overname van de Afobaka-stuwdam door Suriname eind 2019 en alles wat daarmee verband houdt.

Aan het eind van de avond concludeerden de inleiders Marcel Eyndhoven (technisch directeur EBS) en energiedeskundigen Eddy Boëtius, Viren Ajodhia en Edmund Neus min of meer dat de nieuwe overeenkomst geen verbetering is, maar juist meer problemen met zich meebrengt voor Suriname.

Alcoa houdt namelijk vast aan haar standpunten en maakt in de nieuwe overeenkomsten zaken nog gecompliceerder. De multinational zal waarschijnlijk helemaal niet meer aan tafel zitten met het onderhandelingsteam van Suriname maar wel met andere bedrijven waaraan de bedrijfsactiviteiten in Suriname zijn overgedragen.

De nieuwe overeenkomst is voor de technici een doolhof. "Het oude verhaal met nog meer ellende", laat Ajodhia zich ontvallen. Zo zou er een nog onduidelijkere clausule in de nieuwe overeenkomst zijn opgenomen over de kosten van elektriciteit, maar ook in welke mate Suriname eigenaar zou worden van de stuwdam.

Bijkans vier weken terug heeft het onderhandelingsteam van de regering tijdens een publieke bijeenkomst in Hotel Torarica de gemeenschap nog voorgehouden en ervan proberen te overtuigen dat zij het beste uit de onderhandelingsgesprekken met de Alcoa heeft gehaald. Voorzitter Dilip Sardjoe van het onderhandelingsteam zei nog dat 80 procent winst is behaald en dat er niets meer te halen valt.

Maandagavond vroeg het publiek in de University Guesthouse welke waarde aan de uitspraken van Sardjoe moet worden gegeven nu een deel van de nieuwe overeenkomst bekend is. Neus is ervan overtuigd dat Alcoa bij elke stap sinds jaren terug, dwars heeft gelegen en systematisch op dit punt is terechtgekomen. "Het is eigenlijk niets anders dan sabotage."

Een groot deel van de discussie is besteed aan drie stellingen over het in eigendom afstaan van de dam. Als het bij de overheid moet blijven, aan een particuliere of parastatale instelling moet worden gegeven of dat het een joint venture moet worden tussen de overheid en een andere partij. Bij het laatste stond de vraag centraal of er überhaupt wel een overeenkomst met Alcoa moet worden gesloten of dat het beter is helemaal geen (overhaaste) deal te sluiten onder deze omstandigheden.