Krijgsraad mag zich na 30 november richten op uitschrijven van vonnis

Het vooruitzicht is dat op 30 november de behandeling ter terechtzitting van alle strafzaken in het 8-decemberstrafproces voor de krijgsraad zal zijn afgerond en dat die zich kan gaan richten op het schrijven van het vonnis. Dit gaf Hugo Essed, advocaat van de nabestaanden, vandaag te kennen tegenover journalisten.

De auditeur-militair, Roy Elgin, heeft vandaag in de militaire kamer zijn repliek gegeven in veertien zaken in het 8-decemberstrafproces. Dit hield in dat hij antwoord heeft gegeven op de eerste reactie van de advocaten op de strafeisen die zijn gesteld. In een aantal zaken waren de verdachten niet verschenen en hadden zij ook geen gemachtigde, waardoor de auditeur-militair heel snel kon repliceren.

Het ging om de zaken Edgar Ritfeld, Dick de Bie, Iwan Dijksteel, Stephanus Dendoe, Iwan Krolis, Imro Themen, Benny Brondenstein, Ernst Geffery, Luciën Lewis, Winston Caldeira Orlando Heidanus, Wim Carbière, Kenneth Kempes en Errol Alibux. Slechts Ritfeld was lijfelijk aanwezig. De raadsman van De Bie liet weten dat zijn cliënt niet aanwezig kon zijn vanwege gezondheidsredenen.

Er was een aantal zaken waarin de auditeur-militair vrijspraak had gevraagd en ook in die zaken was de repliek vrij kort. In de zaken waar de auditeur-militair straf heeft geëist en waar de advocaten op gereageerd hebben, is de auditeur-militair wel uitgebreid ingegaan op de juridische stellingen van de advocaten. In veel gevallen waren het dezelfde juridische stellingen en formele verweringen, waarbij de auditeur-militair niet bevoegd zou zijn geweest vanwege de Amnestiewet. Daarvoor heeft hij verwezen naar eerdere beslissingen van de krijgsraad.

Op het materiële verweer of iemand wel of niet als dader gezien moet worden, is Elgin er ook inhoudelijk op ingegaan aan de hand van wat de verschillende getuigen gezegd hebben. Hij is ook ingegaan op een aantal zaken dat te maken had met logica in de krijgskunde waarom bepaalde aspecten wel of niet aannemelijk of zelfs zeer onaannemelijk zouden zijn.

In de gevallen waar er straf is geëist, is de auditeur-militair ingegaan op het verweren van de advocaten en heeft hij op een deugdelijke wijze daarop geantwoord, meent Essed.

De krijgsraad heeft nu bepaald dat op 29 en 30 november in al de bovengenoemde zaken het publiek mag komen. Dit betekent dat de advocaten van de betreffende verdachten allemaal voor het laatst aan het woord komen en uiteraard mogen de verdachten gebruikmaken van hun recht om het laatste woord te voeren.

Vishmohanie Thomas